Intro
Welkom bij deze les over piramides van aantallen biomassa.
Vandaag leer je:
- hoe je een piramide van biomassa moet aflezen
- hoe je een piramide van aantallen moet aflezen
- hoe een voedselketen in de piramide past.
Dit hoort bij biologie thema 3 'ecologie'.
Stap 1
Lezen
--> Schijf wat dikgedrukt is op in je schrift.
Producenten leggen (zonne)energie vast door aan fotosynthese te doen.
In een voedselketen worden deze energierijke stoffen doorgegeven aan de volgende schakel van een voedselketen.
Tussen twee schakels gaat er energie verloren door o.a. uitscheiding (verbranding, urine, uitwerpselen, gas etc).
Dit heeft tot gevolg dat het totale gewicht van alle energierijke stoffen in de organismen in een schakel (de biomassa), per schakel afneemt.
Denk maar aan dieren, ze moeten vele kilos eten om 1 kilo aan te komen.
Een piramide van aantallen hoeft niet altijd een piramidevorm te hebben. Een piramide van biomassa heeft wel altijd een piramidevorm.
Rekenen
Reken uit hoeveel KiloJoule de koe overhoudt om voor de vleeseters als energie op zich te nemen.
Eaten = gegeten
Faeces = uitschieiding
Tissue = weefsel waaruit de koe zelf bestaat
Respiration = wat je wilt berekenen = energie die behouden blijft

Video met uitleg door Meneer Borger
Stap 2
Piramide van biomassa
Piramides van biomassa
Uit eerdere lessen weten we dat producenten in staat zijn om hun eigen voedsel te maken met behulp van zonlicht. Consumenten kunnen dit niet; zij moeten de voedingsstoffen binnenkrijgen via hun voedsel. Dit doen ze door planten of andere dieren op te eten. De voedingsstoffen waaruit een organisme bestaat kunnen niet allemaal gebruikt worden door een consument. Sommige stoffen verlaten het lichaam weer via de ontlasting. Van het gedeelte dat overblijft wordt een deel gebruikt als brandstof en een ander deel als bouwstof. De bouwstoffen kunnen worden doorgegeven in de voedselketen. Voor elk organisme moet genoeg voedsel aanwezig zijn in de schakel daaronder om te kunnen overleven.
Anders gezegd, elke schakel in de voedselketen moet meer biomassa bevatten dan de schakel daarboven. De biomassa van een voedselketen heeft hierdoor een piramidevorm; de onderste schakel bevat de meeste biomassa, de bovenste schakel de minste. Voor de aantallen in elke schakel geldt dit niet per se; dit heeft te maken met de hoeveelheid biomassa die elk individu bevat. Dit is gemakkelijk voor te stellen als je een boom en een grassprietje voor je ziet; zowel een boom als een grasje zijn allebei producenten en tellen allebei als één individu. Toch heeft de boom een veel grotere biomassa dan het grassprietje. Er kunnen dus ook veel meer planteneters leven van een boom dan van een grasspriet.
Video
Stap 3
Trofische niveaus
Schrijf wat dikgedrukt is op in je schrift.
Je zag dat in een voedselkringloop de hoeveelheid beschikbare energierijke stoffen afneemt. Daarom in een ecosysteem is de biomassa van alle groene planten veel groter dan die van alle planteneters. De biomassa van de predatoren van de planteneters is weer kleiner, en dat gaat zo door.
We kunnen alle producenten en consumenten in een ecosysteem in één grote allesomvattende keten weergeven, waarbij elke schakel een trofisch niveau omvat: (trofisch = eten/gegeten worden).
Trofische niveaus: Producenten ►consumenten 1e orde ► consumenten 2e orde ►consumenten 3e orde ► …
Meestal is het zo dat het aantal individuen per trofisch niveau hoger is dan het erop volgende trofische niveau. Dat is ook wel logisch: een predator moet wel elke dag weer iets eten, hij is dus met één prooidier niet klaar. Zet je die aantallen boven elkaar dan ontstaat er een piramide van aantallen. van aantallen.
Een piramide van aantallen van aantallen geeft soms echter een vertekend beeld: in een bos is het aantal bomen kleiner dan het aantal planteneters (zoals slakken, insecten, plantenetende vogels). Daarom wordt de piramide vanbiomassa er vaak direct bijgeplaatst. Want de biomassa van alle bomen is natuurlijk groter dan die van al die kleine planteneters!
Stap 4
Aan de slag
Pak je boeken erbij
1. Lees de basisstof over Piramides van Aantallen en Biomassa in je boek.
2. Teken een piramide van aantallen
3. Teken een piramide van biomassa
4. Maak een woordenlijst + betekenis van de dikgedrukte woorden uit de tekst.
5. Maak een presentatie / pagina waarop je deze informatie voor jezelf overzichtelijk vastlegt. (online samenvatting)