Inhoud - 1
Een kubus van \(\small1\text { cm}\) bij \(\small1\text { cm}\) bij \(\small1\text { cm}\) heeft een inhoud van \(\small1\text { cm}^3\).
\(\small1\text { cm}^3\) spreek je uit als "één kubieke centimeter".
De inhoud van een kubus of een balk bepaal je door te tellen hoeveel kubusjes van \(\small1\text { cm}^3\) erin passen.
In de balk hierboven passen:
-
\(\small\text{4}\) kubusjes van \(\small1\text { cm}^3\) in de breedte,
-
\(\small\text{5}\) kubusjes van \(\small1\text { cm}^3\) in de lengte,
-
\(\small\text{3}\) kubusjes van \(\small1\text { cm}^3\) in de hoogte.
In totaal passen er dus \(\small\text{4}\times\small\text{5}\times\small\text{3}\times\small=\small\text{60}\) kubusjes van \(\small1\text { cm}^3\) in deze balk.
De balk heeft dus een inhoud van \(\small\text {60 cm}^3\).
Inhoud - 2
Hieronder staan de verschillende inhoudseenheden op volgorde van groot naar klein.
Elk stapje naar rechts betekent \(\small\times\ 1000\)
Elk stapje naar links betekent \(\small: \text{ } 1000\)
Soms is het handig om inhoudsmaten om te rekenen.
\(\small0{,}5\) km\(\small^3\) \(\small= 500.000.000\) m\(\small^3\)
\(\small1{,}5\) m\(\small^3\) \(\small= 1.500.000\) cm\(\small^3\)
\(\small24\) cm\(\small^3\) \(\small= 24.000\) mm\(\small^3\) |
\(\small6.000.000.000\) m\(\small^3\) \(\small= 6\) km\(\small^3\)
\(\small3.500\) dm\(\small^3\) \(\small=3{,}5\) m\(\small^3\)
\(\small8.500.000\) cm\(\small^3\) \(\small=8{,}5\) m\(\small^3\) |
Let op: gebruik de punt tussen de duizendtallen bij grote getallen. Zo vergis je je niet zo snel met het aantal nullen.
Inhoud - 3
Hiernaast zie je een literpak melk.
De inhoud is \(\small1\) L.
\(\small1\) L \(\small=\small1\text { dm}^3\small=\small1000\text { cm}^3\)
Dus ook:
\(\small3\) L \(\small=\small3\times\small1\text { dm}^3\small=\small3\text { dm}^3\small=\small3000\text { cm}^3\)
\(\small0{,}5\) L \(\small=\small0{,}5\times\small1\text { dm}^3\small=\small0{,}5\text { dm}^3\small=\small500\text { cm}^3\)
We kunnen dus de omrekentabel uitbreiden met liters:
Inhoud - Voorbeeld 1
De bodem van het pakje \(\small3\) cm bij \(\small5\) cm.
De hoogte van het pakje \(\small20\) cm.
De inhoud van het pakje is \(\small{3\times5\times20=300}\) cm\(\small{^3}\)
\(\small300\) cm\(\small{^3}\) \(\small=0{,}3\) dm\(\small{^3}\) \(\small=0{,}3\) L
Inhoud - Voorbeeld 2
Hiernaast zie je een tekening van het huis.
Het huis is \(\small8\) m lang, \(\small8\) m breed en in het totaal \(\small{7}\) m hoog.
De inhoud van het huis zonder dak is \(\small{8\times8\times5=320}\) m\(\small{^3}\).
Hoe groot schat jij de inhoud van het dak?