Leerdoel
Op 14 juli 1789 start de Franse Revolutie met de bestorming van de Bastille door de bevolking van Parijs.
De opstand zou het einde betekenen van het koninkrijk Frankrijk.
In deze opdracht staan de volgende vraag centraal:
Waarom kwamen de Fransen in opstand tegen hun koning?
Eindproduct
Aan het eind van deze opdracht maak je de toets ‘De Franse Revolutie’.
De toets bestaat uit 10 vragen over de Franse Revolutie.
Om een voldoende voor de toets te halen, moet je minimaal 8 vragen goed beantwoorden.
Stap1
Frankrijk vóór de revolutie
1. Bestudeer het onderdeel ‘Frankrijk vóór de Franse Revolutie’.
2. Lees ook de onderstaande bron, en beantwoord daarna de vragen onderaan de pagina.
Geestelijken, edelen en boeren & burgers
Lodewijk XVI werd koning van Frankrijk in 1774.
Hij had de absolute macht.
De maatschappij was toen verdeeld in drie standen.
De meeste Fransen behoorden tot de derde stand.
Dat waren vooral boeren.
Ze moesten hard werken en waren vaak arm.
Maar ze moesten wèl belasting betalen aan de koning.
Met dat geld kon Lodewijk XVI zijn hofhouding, zijn dure paleizen en zijn oorlogen bekostigen.
Ook moesten de boeren een deel van hun oogst aan de landheer, de edelman in de buurt, geven.
Hij was de eigenaar van de grond. En ze moesten onbetaald allerlei klusjes voor hem doen.
Daarover waren de boeren ontevreden.
Tot de derde stand behoorden ook de Fransen die in de steden woonden.
Belangrijke burgers, zoals schrijvers, advocaten, journalisten en artsen.
Ook zij moesten belasting betalen. Maar ze hadden niets in te brengen in het bestuur van Frankrijk.
En daarover werden deze burgers steeds ontevredener.
Tot de tweede stand behoorden de edelen.
Zij werkten vaak voor de koning en hadden de hoge banen in het bestuur van het land.
Zij hadden meestal veel land en geld …
De edelen hoefden géén belasting te betalen.
Dat was al eeuwen zo. Dat was hun recht.
Zij waren wèl tevreden.
Tot de eerste stand behoorden de mensen van de kerk.
Bisschoppen, priesters, monniken.
Ook de kerk had veel land en geld.
Maar de geestelijken hoefden ook geen belasting te betalen.
En zij wilden dat natuurlijk ook graag zo houden. Zij waren tevreden.
De schatkist van Frankrijk werd dus gevuld met het belastinggeld van de derde stand: de boeren en burgers.
Die gingen hierover steeds meer klagen.
Ze wilden veranderingen! De derde stand kwam in opstand.
Kun je onderstaande vragen beantwoorden? Dan kun je door naar de volgende stap.
Wie behoorden tot welke stand?
Waren alle mensen, die tot de derde stand behoorden, arm?
Waarom waren de burgers in de derde stand ontevreden?
Wat wordt bedoeld met een standenmaatschappij?
Uit hoeveel klassen bestond de standenmaatschappij in Frankrijk van rond 1790?
2. Lees ook de onderstaande bron en maak de opdracht die onderaan de pagina staat.
Lodewijk XVI en Marie Antoinette
Lodewijk XVI werd koning van Frankrijk in 1774.
Hij had de absolute macht.
Hij woonde met zijn vrouw Marie Antionette in een prachtige paleis in Versailles.
Hij gaf veel geld uit aan zijn hofhouding, feesten, paleizen en oorlogvoeren.
Ook Marie Antoinette gaf veel geld uit.
Ze hield van mooie kleren en verzamelde schitterende juwelen.
De meeste inwoners van Frankrijk leefden in bittere armoede.
Ze hadden honger. Ze wilden eten en ze wilden meebeslissen over het bestuur van het land.
Ze kwamen in opstand.
Op 14 juli 1789 bestormde woedende Parijzenaars een beruchte staatsgevangenis, de Bastille.
Dit was het begin van de Franse Revolutie. Ze wilden vrijheid gelijkheid en broederschap.
De koning en de koningin werden gedwongen het paleis te van Versailles te verlaten en te verhuizen naar een paleis in Parijs.
Ze begrepen dat ze in gevaar waren en probeerden het land te ontvluchten.
Maar ze werden gearresteerd vlakbij de grens en teruggebracht naar Parijs.
De koning had geen absolute macht meer. De macht lag nu bij het Franse volk.
Oostenrijk en Duitsland vielen Frankrijk aan om de revolutie de kop in te drukken en de macht weer terug te geven aan de koning.
Het Franse volk beschuldigde de koning en de koningin van samenzwering met de vijand. Ze werden gevangengenomen.
Lodewijk XVI werd veroordeeld tot de doodstraf en wordt onthoofd.
Een half jaar later wachtte zijn vrouw, Marie Antoinette, hetzelfde lot.
Ook zij werd onthoofd.
Opdracht
- Bedenk 5 toetsvragen en antwoorden bij de leertekst.
- Probeer niet elke vraag te laten beginnen met: wat, wanneer, wie. In plaats daarvan kun je ervoor kiezen om je toetsvragen te laten beginnen met een werkwoord, bijv: noem, geef, verklaar...
- De toetsvragen en antwoorden schrijf je op.
Stap3
De Franse Revolutie
Bekijk de video over de Franse Revolutie.
Een deel van de inhoud clip heb je stap 1 al geleerd.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het arrangement De Franse Revolutie is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Auteur Kunskapsskolan
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2017-08-14 09:40:32
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Bij het samenstellen van deze leerbron is gebruik gemaakt van een arrangement uit de Stercollecties van VO-Content. Het oorspronkelijke arrangement is eigendom van VO-Content en gedeeld onder de CC-BY SA licentie.
Bij het samenstellen van deze leerbron is gebruik gemaakt van een arrangement uit de Stercollecties van VO-Content. Het oorspronkelijke arrangement is eigendom van VO-Content en gedeeld onder de CC-BY SA licentie.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Franse Revolutie
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.