Werkgelegenheid en werkloosheid
Vooraf

Frits van Voort is de eigenaar van een fietsenwinkel.
Bij zijn winkel kun je terecht voor alles wat met een fiets te maken heeft.
Je kunt er een nieuwe fiets kopen, maar je kunt er ook een lekke band laten plakken.
De zaken gaan goed. Zo goed zelfs dat Frits het werk in zijn eentje eigenlijk niet meer aankan.
Hij overweegt iemand in dienst te nemen.
Wat denk jij?
Op welke vragen zal Frits antwoord willen hebben voor hij besluit of hij wel of niet iemand in dienst neemt?
Schrijf zoveel mogelijk vragen op.
Werkgelegenheid
Werkgelegenheid
Bestudeer uit de Kennisbank de twee bladzijden van het onderdeel 'De vraag naar arbeid'
en/of bestudeer uit het economielokaal het onderdeel 'Werkgelegenheid: de vraag naar arbeid' en beantwoord daarna de vragen.
Kennisbank: De vraag naar arbeid
Economielokaal: Werkgelegennheid: de vraag naar arbeid
- Kies het juiste antwoord.
De werkgelegenheid is ...
- het aantal mensen met een baan.
- het aantal vacatures.
- het aantal mensen met een baan plus het aantal vacatures.
- In een steenfabriek worden per dag 20.000 stenen gemaakt en verkocht.
Iedere werknemer in de fabriek werkt 8 uur per dag en maakt gemiddeld 100 stenen per uur.
Laat met een berekening zien dat de werkgelegenheid in deze fabriek 25 is.
- Bedrijven en de overheid zijn de vragers van arbeid.
Wanneer zal een bedrijf iemand in dienst nemen?
Is er een verband tussen de werkgelenheid en de werkloosheid?
Een stijging van de werkgelegenheid leidt niet automatisch tot een daling van de werkloosheid.
- Hoe komt het dat een toename van de werkgelegenheid niet perse tot een afname van de werkloosheid leidt?
- Leg uit dat een daling van de werkgelegenheid niet perse leidt tot een stijging van de werklooheid.
- Leg in eigen woorden uit of er een verband is tussen de werkgelegenheid en de werkloosheid.
Controleer de antwoorden
|
Vraag
|
Antwoord
|
1
|
Kies het juiste antwoord.
De werkgelegenheid is ...
- het aantal mensen met een baan.
- het aantal vacatures.
- het aantal mensen met een baan plus het aantal vacatures.
|
C
|
2
|
In een steenfabriek worden per dag 20.000 stenen gemaakt en verkocht.
Iedere werknemer in de fabriek werkt 8 uur per dag en maakt gemiddeld 100 stenen per uur.
Laat met een berekening zien dat de werkgelegenheid in deze fabriek 25 is.
|
- 20.000 stenen per 8 uur
- 20.000/8 =
2500 stenen per uur
- Voor 2500 stenen hebben ze 2500/100 = 25 personen nodig.
|
3
|
Bedrijven en de overheid zijn de vragers van arbeid.
Wanneer zal een bedrijf iemand in dienst nemen?
|
Als het nodig is en als er geld voor is.
|
4
|
Hoe komt het dat een toename van de werkgelegenheid niet perse tot een daling van de werkloosheid leidt?
|
Werkgelegenheid is de totale vraag naar arbeiders. Het aantal vacatures + bezette banen. Werkloosheid is het deel mensen van de beroepsbevolking dat geen baan heeft. Als het werkloze deel van de beroepsbevolking meer toeneemt dan de werkgelegenheid toeneemt dan stijgt de werkloosheid zelfs.
|
5
|
Hoe komt het dat een afname van de werkgelegenheid niet perse tot een stijging van de werkloosheid leidt?
|
Een afname van de werkgelegenheid betekent niet perse dat de werkloze beroepsbevolking toeneemt. Als de afname alleen in de afname van het aantal vacatures zit bijvoorbeeld dan verandert dat niks aan het de werkloosheid.
|
6
|
Leg in eigen woorden uit of er een verband is tussen de werkgelegenheid en de werkloosheid.
|
Als er geen werkgelegenheid zou zijn dan zou iedereen werkloos zijn. Maar een daling of een stijging van de werkgelegenheid betekent niet perse hetzelfde effect voor het aantal werklozen.
|