2017 VZ 15 PB 9 (7) Vraaggerichte zorgen en begeleiden in de branches

2017 VZ 15 PB 9 (7) Vraaggerichte zorgen en begeleiden in de branches

Week 1 Oriënteren op periode 7

Open bestand Aftekenkaart PB periode 7

Welkom in het laatste jaar.De afgelopen jaren heb je bij PB kennisgemaakt met de verschillende braches. In het laatste jaar maak je een keuze voor de branche waarin jij wilt afstuderen. De opdrachten in deze periode zijn zo gemaakt dat je ze in de richting van de branche kunt maken waarin jij wilt afstuderen.

Bij PB gaan we het de komende periode hebben over vraaggericht zorgen en begeleiden in de verschillende branches.

Om goed vraaggericht te zorgen en begeleiden is er een goede samenwerking tussen jou en de client nodig. Op deze manier krijgt de client de zorg  en begeleiding die aan zijn wensen en verwachtingen voldoet. Om goed vraaggericht te kunnen werken vraagt dit van jou een gezonde nieuwsgierigheid naar het verhaal van de client en het verhaal achter de (zorg)vraag. Van de client is nodig dat hij goed aangeeft wat zijn wensen zijn zijn en ook feedback levert over de geleverde zorg.

Heel veel plezier de komende periode!
 
 

Wat doen we in de les?

Open bestand Richtlijnen verslag

Weekopdracht 1.1: Verslag over kwaliteit en tevredenheid van cliënten.

Om te meten of cliënten tevreden zijn over de kwaliteit van de zorg die een zorgorganisatie biedt worden om het
jaar cliënten en/of familieleden geinterviewd over hun ervaringen. Voor het interview wordt in het hele land dezelfde vragenlijst gebruikt.

Je vindt de vragenlijst op: www.centrumklantervaringzorg.nl Download de vragenlijst met de naam Vragenlijst VV-interviewservaringen.
Als deze niet werkt kun je deze link gebruiken.

Onderstaande opdrachten maken jullie in een groepje van vier

Vraag 1:  Stel je voor dat je client in een zorginstelling bent.

a Wat zijn dan voor jou de vijf belangrijkste vragen? Waarom zijn juist deze vragen belangrijk?

b Mis je vragen op de vragenlijst over clienttevredenheid? Zo ja, welke?

Vraag 2:  Zoek 4 zorginstellingen die jullie kennen (bijvoorbeeld van stage of omdat je er wel eens op bezoek bent geweest). Zijn de cliënten tevreden over de instelling?

a Wat zijn de drie sterke punten van de kwaliteit van deze instelling?

b Wat zijn de drie punten waar cliënten het minst tevreden over zijn? Wat zou de instelling moeten verbeteren?

Vraag 3:
a. Werd er op jullie stage ook de tevredenheid van de cliënten gemeten?

b. Is het belangrijk de tevredenheid van cliënten te meten? Waarom wel/ niet?

c. Zouden cliënten deze vragen eerlijk durven beantwoorden? (Er wordt gewerkt met onafhankelijke interviewers)
Zo ja/ nee waarom?

 

Wat doen we tijdens zw?

Mevrouw Tap
Mevrouw Tap

Open bestand Verhaal van mevrouw Tap

Weekopdracht 1.2: Mevrouw Tap

Lees het verhaal van mevrouw Tap.
Zoek op internet een goed woonzorgcentrum voor mevrouw Tap.

Verwerk onderstaande vragen in je verslag van PB:

Geef de naam van het woonzorgcentrum dat je het meest geschikt lijkt voor mevrouw Tap.

Geef aan welke items / aspecten belangrijk waren bij jullie keuze; waar hebben jullie op gelet?

Welk item(s) en score(s) gaf / gaven de doorslag bij de keuze?

Bekijk de website van het gekozen zorgcentrum en geef een oordeel over de website.

Wat vinden jullie van het zoeken naar een geschikt zorgcentrum via internet?

Zullen veel mensen dit doen op deze manier? Waarom denken jullie dat?

Week 2 en 3

Wat doen we in de les?

Weekopdracht 2.1: Groepsopdracht regie over eigen leven.

Het zorgleefplan ondersteunt professionals vraaggericht te werken. De regie over zijn eigen leven is en blijft bij de client. Client en zorgverlener maken samen een zorgleefplan. Daarbij zijn er twee hoofdvragen:

• Hoe wilt u leven? Hoe was u gewend te leven, wat zijn voor u belangrijk zaken?

• Welke ondersteuning heeft u nodig om zo veel mogelijk uw leven te kunnen invullen zoals u dat belangrijk en zinvol vindt?
De regie over zijn of haar leven blijft bij de client!

Maak met je groepje een verslag over regie over eigen leven :
Gebruik voor dit verslag teminste 1 boek 1 (groot) artikel en 1 website. Laat deze goedkeuren door de docent. Noteer de bronnen in jullie verslag volgens de APA normering. Dit kan via citaat invoegen in Word. Via deze link kun je de regelgeving wat betreft de APA normering doornemen.Let op!  je verslag wordt door de plagiaat scanner gehaald.

Beantwoord in het verslag onderstaande vragen:

1. Literatuurstudie ( samenvattingen maken van de bronnen)

2. Beantwoord de volgende vragen haal de antwoorden uit je opzochte bronnen of eigen ervaringen

- Wat verstaan jullie zelf onder regie hebben over eigen leven?
- Is regie hebben over je eigen leven voor jongeren en volwassenen belangrijker dan voor mensen in hun laatste levensfase? En waarom?
-Als je te maken krijgt met zorg en zorgverleners kan het gebeuren dat je minder regie hebt over je eigen leven. Hoe zou dat kunnen? Kennen jullie voorbeelden uit eigen ervaring of de ervaring van familie of uit jullie werk?
- Wat kun je er als verzorgende aan doen om te voorkomen dat je client de regie verliest?
- Wat kan een cliënt zelf doen om dit te voorkomen?
-Zou het behouden van regie verschillend zijn per branche of zal het bijvoorbeeld in de thuiszorg anders zijn dan in een instelling? Waarom?

 

Wat doen we tijdens zw?

Weekopdracht 2.2: Individuele opdracht kwaliteit van leven.

Maak individueel onderstaande opdracht verwerk je bevindingen in een verslag:

1 Kun je aangeven wat belangrijk is voor de kwaliteit van jouw leven? Maak een lijstje met de top vijf van zaken die jij belangrijk vindt voor de kwaliteit van jouw leven en vergelijk dat lijstje met medestudenten.
 

2 Interview een persoon ( familielid, buurvrouw, een client) en vraag hen wat belangrijk is in hun leven. Vraag door: “Zijn er nog andere dingen belangrijk voor u?”. Maak met hen een top vijf.
 

3 In het zorgleefplan worden vier domeinen benoemd. Deze vier domeinen zijn belangrijk om kwaliteit van leven te ervaren. Benoem de domeinen die worden genoemd in zorgleefplan? ( gebruik hiervoor het boek het zorgplan)
 

4 Geef bij elke item uit jouw top vijf aan onder welk domein het valt. Doe hetzelfde met de items die voor de persoon die je geinterviewd hebt belangrijk zijn.
 

5 Komt dit overeen met jou eigen bevindingen over de kwaliteit van leven? Wat vind je hiervan?

Week 4

Wat doen we in de les?

Weekopdracht 4.1: Visie van de zorgaanbieder.

Elke zorgaanbieder heeft een visie van waaruit zij zorg biedt. Ga op zoek naar de visie van de organisatie waar jij stage hebt gelopen of van een zorgorganisatie in de buurt. Beantwoord de onderstaande vragen, individueel, over 4 zorgaanbieders.

1.
Wat wordt er bedoeld met een visie van een organisatie?
Als jij een zorginstelling zou hebben, wat zou je visie dan zijn? Wat vind jij belangrijk?
Wat is de visie van de door jou gekozen zorgaanbieder?
Wat vind je van de visie van de door jou gekozen zorgaanbieder? Wat mis je?


2 Beoordeel de visie volgens het document: Visie beoordeling aan de hand van de normen voor verantwoorde zorg.

Zet een kruisje bij JA! als je vindt dat de visie helder is op dit punt, een kruisje bij ? als er niets staat in de visie en een kruisje bij Nee! als de visie anders is dan je mag verwachten volgens de normen voor verantwoorde zorg.

Open bestand Document: Visie beoordelen aan de hand van items voor verantwoorde zorg.

3. Hoe zou je kunnen zien of er volgens deze visie wordt gewerkt?

Ga nu verder in je groep:

4. Wat is jullie visie op zorg?
5. Hoe hebben jullie deze visie gevormd?
6. Sluit deze visie aan op die van de zorgaanbieders? En welke zorgaanbieder sluit het meest bij jullie visie aan?
7. Zouden jullie nu voordat jullie zouden solliciteren de visie doornemen om te kijken of  hij bij je eigen visie aansluit?
8. Zou een visie jullie keuze om er wel of niet te willen werken beinvloeden? Waarom wel of niet?

Wat doen we tijdens zw?

Weekopdrach 4.2: Individuele opdracht zelfevaluatie.

Je hebt samen met je groepje jullie visie op zorg opgesteld. Vind je dat je alles in huis hebt aan kennis en vaardigheden om volgens de visie te handelen?
Zo ja waar kun je dat aan zien? Zo nee wat zou je nog nodig hebben?

Beschrijf dit op minimaal een half a4 tje en lever dit in bij je docent.

Week 5 t/m 8

Wat doen we in de les?

Open bestand Observatieformulier Anamnese- of intakegesprek

Open bestand Anamneseformulier 4 zorgdomeinen

Open bestand Rode loper

Open bestand Witte loper

Open bestand Voorbeeld zorgdossier

Deze week gaan we :

1. Nieuwe teams maken van 4 personen op basis van je kwaliteiten.
2. In je groepje beantwoord je onderstaande vragen.
Let op! De vraag die bij zw worden gemaakt moeten ook in dit verslag verwerkt worden.

Project totale zorg en begeleiding verlenen aan 4 zorgvragers.

Je werkt aan het project d.m.v. scrum@school.


Je maakt de opdracht in een groepje van 4 personen. Het is wel belangrijk dat je iemand kiest die geinteresseerd is in dezelfde branche als jij.

Sprint 1: week 5
Beschrijf samen de begrippen zelfmanagment en samenredzaamheid.
Wat is dit? Hoe wordt dit ingezet in de zorg? Gebruik 3 bronnen per onderwerp. Vergeet niet om de bronvermelding op de juiste manier te vermelden. Zie PB week 2 en 3.

Maak vier casussen over zorgvragers uit jullie gekozen branche. ( per persoon 1)  Zorg dat de casussen een goed beeld geven van wie de zorgvrager is. Als je de zorgvrager niet goed kent dan kun je ook geen goede begeleiding en zorg verlenen. De zorgvrager die je beschrijft in de casus bevat minimaal 2 ziektebeelden.

Sprint 2: week 6 en 7
Werk individueel per casus minimaal 2 ziektebeelden van deze zorgvragers uit via de rode loper.

Voer n.a.v. de casussen een anamnesegesprek (simulatie, op film).

Werkwijze anamnesegesprek voeren

  1. Maak in duo's in je scrumgroep.
  2. Kies per duo 1 casus.
  3. Bereid deze casus voor alsof jij de client bent.
  4. Je gaat met het duo van het andere groepje een annamnesegesprek voeren.
  5. Gebruik de checklist 4 domeinen om geschikte vragen te selecteren voor het anamnesegesprek.
  6. Neem samen de observatielijst anamnesegesprek door. Het gesprek moet aan deze eisen voldoen.
  7. Zorg voor een geschikte gesprekssituatie en stel de camera goed op.
  8. Je krijgt dus 2 filmpjs per groep.

Werkwijze evalueren van het gesprek

  1. Ruil de 2 filmjes uit met een andere scrumgroep.
  2. Bekijk de filmpjes en vul per filmpje het observatieformulier anamnesegesprek in.
  3. Geef een mondelinge toelichting bij het geven van de feedback aan elkaar.

Werkwijze invullen formulier 4 domeinen

  1. Verwerk de gegevens uit het anamnesegesprek in het formulier 4 domeinen.
  2. Vul dit formulier aan met de extra gegevens die uit het gesprek naar voren kwamen
  3. Had je ook belangrijke gegevens gemist? Gegevens die in het gesprek niet naar voren zijn gekomen maar die wel naar voren hadden moeten komen?
  4. Pas de casus  na het afnemen van de anamnese eventueel nog aan als je merkt dat er nog belangrijke dingen missen in de casus.

Verslag schrijven

Maak een verslag over het afnemen van het anamnesegesprek. Beschijf hierin:

  1. Hoe het gesprek is verlopen. Maak hiervoor gebruik van de verkregen feedback. Wat ging goed, wat ging minder goed? Heb je alle belangrijke vragen gesteld en voldoende informatie uit het gesprek gekregen voor het opstellen van een voorlopig zorgleefplan?
  2. Wat een intake/anamnesegesprek betekent voor een zorgvrager.



Sprint 3: week 8
Maak in duo's voor de zorgvrager waarmee je een annamnese gesprek hebt gevoerd een zorg-, begeleidings- of ondersteuningsplan m.b.v.

de witte loper

het zorgdossier

Ga hierbij uit van de principes van vernieuwend en vraaggericht werken incl. bevorderen zelfmanagement en samenredzaamheid.

Als hulpmiddel kun je het 8 fasenmodel uit deze link gebruiken

Wat doen we tijdens zw?

Je werkt bij de zw uren verder aan het project.

Aftekenkaart

Open bestand Aftekenkaart PB periode 7