Jullie zijn gestart met de opleiding voor Verzorgenden-IG.
De MBO-opleiding leidt je op tot een beroepsbeoefenaar in de zorg. Daardoor is de opleiding anders dan het voortgezet onderwijs. Er wordt van je verwacht dat je zelf verantwoordelijk bent voor de voortgang van je opleiding en zelf hierin initiatieven neemt. Ook wordt er van je verwacht dat je je beroepshouding gaat ontwikkelen. Verantwoordelijkheid en beroepshouding zijn met elkaar verbonden. In je beroep als Verzorgende ben je straks verantwoordelijk voor de zorg die je verleent aan de zorgvragers. Hiervoor heb je de juiste beroepshouding nodig.
In deze opleiding gaan we je hierin begeleiden in de theorie- en de praktijklessen. We verwachten ook van je dat je aangeeft waar jij begeleiding bij nodig hebt.
Op deze website vind je de lesstof van de theorie- en de praktijklessen van de skills vaardigheden.
Wat en wanneer moet je iets doen. De inhoud van de lessen, zoals Powerpoints, vind je in deze site op op de elo.
De protocollen waaruit we gaan werken in de praktijklessen vind je ook op deze site.
Een leerjaar is onderverdeeld in 4 leerperioden. De eerste leerperiode bestaat uit ‘persoonlijke verzorging van de zorgvrager’ (PV). De tweede leerperiode bestaat uit de ‘vocht, voeding en uitscheiding’ en 'het slaap - waakritme van de zorgvrager' (PV).
In de derde en vierde leerperiode leer je laag complexe verpleegtechnische handelingen (VTH). Dit bestaat uit eerste hulp kunnen verlenen, meten van de vitale functies, wondverzorging en het geven van medicatie.
In het 2e en 3e jaar leer je alle risicovolle en voorbehouden handelingen handelingen aan.
Heel veel succes met de start van je opleiding!
Team Gezondheidzorg
Campus Winschoten
Leerjaar 1
Kerntaken - leerdoelen
Kerntaken.
Landelijk is er een kwalificatiedossier opgesteld. Hier staat in wat je moet kunnen om je diploma te halen.
De kerntaken zijn dus examenmateriaal en komen op je diploma te staan.
In het kwalificatiedossier van Verzorgende staat:
Kerntaak 1: Bieden van zorg en ondersteuning op basis van het zorgdossier.
Kerntaak 2: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken.
In het kwalificatiedossier van Verpleegkundige staat:
Kerntaak 1: Bieden van zorg en begeleiding in het verpleegkundig proces
Kerntaak 2: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken.
Nu weet je nog niet wat je moet doen om je diploma te halen.
Daarom zijn er werkprocessen opgesteld, die zijn weer afgeleid van de kerntaken.
Deze zijn ook beschreven, hier krijgen jullie nog informatie over.
Aan de hand daarvan kunnen wij leerdoelen opstellen voor de les.
Leerdoelen.
In de leerdoelen staat beschreven wat je aan het eind van de leerperiode moet weten.
De leerdoelen zijn opgesteld aan de hand van de eindtermen van het kwalificatie dossier voor de opleiding 'verzorgenden en verpleegkundigen'.
De leerdoelen van deze website zijn overgenomen van de boeken die we gebruiken voor de opleiding.
Er zijn kerndoelen beschreven. Dit zijn algemene doelen.
Er zijn subdoelen beschreven. Dit is de uitwerking van de kerndoelen. In de subdoelen staat wat je weten moet voor de toets.
Het is handig om ze door te lezen voordat je de toets gaat doen. Door antwoord te geven op de leerdoelen kan je zien of je lesstof voldoende beheerst.
Leerperiode 1
‘Persoonlijke/uiterlijke verzorging’.
Kerndoelen:
Waar cliënt staat, kan ook zorgvrager, patiënt, bewoner gelezen worden.
Aan het eind van deze leerperiode:
ben je in staat om op een adequate wijze de cliënt te helpen bij zijn/ haar persoonlijke verzorging.
kun je de theorie benoemen van de persoonlijke zorg van de cliënt.
Subdoelen:
Je bespreekt op basis van het stappenplan de persoonlijke verzorging met de cliënt.
Je houdt rekening met levensfase, schaamtegevoelens, privacy, tempo en beperkingen en mogelijkheden van de cliënt.
Je kan het belang benoemen van goede hygiëne.
Je zorgt voor hulpmiddelen om de zelfredzaamheid te ondersteunen.
Je kan de cliënt ondersteunen bij het wassen.
Je kan de cliënt ondersteunen bij het aan- en uitkleden.
Je kan de cliënt ondersteunen bij de uiterlijke verzorging.
Je kan een bed op maken, met en zonder cliënt.
Je kan de huid van de cliënt observeren en beoordelen op smet- en decubitus plekken.
Je kan de cliënt ondersteunen bij het aantrekken van steunkousen.
Leerperiode 2
‘Vocht/ voeding/ uitscheiding’ en ‘slaap-waak ritme’.
Kerndoelen:
Aan het eind van deze leerperiode:
Ben je in staat om op adequate wijze de cliënt te helpen bij opname van vocht.
Ben je in staat om op adequate wijze de cliënt te helpen bij de uitscheiding.
Ben je in staat om op adequate wijze het slaap- en waakritme van de cliënt te bevorderen.
Subdoelen:
Je bespreekt met de cliënt waaruit de hulp bij de opname van voeding en vocht bestaat.
Je biedt hulp bij eten en drinken aan de cliënt.
Je houdt rekening met factoren die de eetlust stimuleren of remmen.
Je hanteert voedings- en dieetvoorschriften.
Je zorgt voor hulpmiddelen om de zelfredzaamheid te ondersteunen.
Je signaleert problemen met voeding en vocht en kan maatregelen treffen.
Je geeft eenvoudige voedingsadviezen.
Je biedt hulp bij het braken en observeert de cliënt, het braken en het braaksel.
Je biedt hulp bij de toiletgang; po, urinaal, schuitje, postoel.
Je houdt rekening met schaamtegevoelens en behoefte aan privacy van de cliënt.
Je zorgt voor hulpmiddelen bij de toiletgang voor de zelfredzaamheid.
Je observeert het uitscheidingspatroon en de uitscheiding.
Je observeert het uitscheidingspatroon en neemt maatregelen.
Je kan op de juiste wijze gebruik maken van incontinentie materiaal.
Je biedt hulp en geeft advies bij het opgeven van sputum.
Je biedt hulp en ondersteunt bij het braken.
Je kan een vochtbalans invullen, interpreteren en hierop actie ondernemen.
De verpleegkundigen kunnen de verklaringen van de medische termen weergeven die in deze hoofdstukken worden gebruikt.
Slaap - waakritme bevorderen:
De leerling kan het begrip slapen weergeven en daarbij aangegeven wat er tijdens de slaap in het lichaam gebeurt.
De leerling kan weergeven wat het belang is van slapen voor het lichaam en geest.
De leerling kan maatregelen treffen en adviezen geven die een optimaal slaapcomfort waarborgen.
De leerling kan weergeven wat de lichamelijke, sociale en geestelijke problemen zijn van probleemslapers en nachtwerkers.
Je observeert het activiteiten- en rustpatroon en het dag- en nachtritme van de cliënt.
Je stelt maatregelen en acties voor en bespreekt die met de cliënt.
Leerperiode 3
Circulatie, ademhaling, temperatuurregeling
De leerling kan de vitale functies van een zorgvrager bewaken.
Dat betekent dat de leerling kan
bepalen of er sprake is van normale of afwijkende waarden
kan maatregelen treffen bij afwijkende waarden
De leerling kan adequeaat kan reageren bij ongevallen en in onvoorziene situaties.
Risicovolle handelingen
Laag complexe wondzorg:
De leerling kan weergeven wanneer en hoe steriel gewerkt moet worden.
Dat betekent dat de leerlingen kan
laten zien hoe steriel gewerkt moet worden
benoemt wanneer steriel gewerkt moet worden
De leerling kan, in opdracht van, een rode wond verzorgen.
Dat betekent dat de leerling kan weergeven
hoe het genezingsproces verloopt
de wond kan classificeren
laat zien hoe een rode wond verzorgd moet worden
Leerperiode 4
Under construction.
Toetsen
Kennistoets.
Elke leerperiode wordt afgerond met een kennistoets.
De inhoud van de kennistoets is de lesstof die je tijdens de les ZGKv hebt doorgenomen, het boek, de protocollen, de PowerPoints en de aantekeningen.
Praktijktoets.
De vaardigheden worden in de praktijkles getoetst. Aan het eind van elke periode in lesweek 9.
Alleen periode 1 en 2 wordt samen getoetst aan het einde van periode 2.
Kennistoets
De kennistoets is elke laatste week van de leerperiode, in de bufferweek.
De toets bestaat uit 40 meerkeuze vragen.
De leerstof voor deze toets bestaat uit de behandelde hoofdstukken uit je boek, de bijbehorende verwerkingsopdrachten, PowerPoints, Vilans protocollen en aantekeningen.
In het overzicht van die periode staat onderin welke hoofdstukken uit het boek behoort bij die toets.
Praktijktoets
Voorbereiding:
Wat moet ik hiervoor doen en regelen van te voren
Alle handtekeningen moet behaald zijn om aan de praktijktoets mee te kunnen doen!!!
Wat heb ik nodig en moet ik meenemen naar de toets
Uitvoering:
Wat wordt er van mij verwacht tijdens de toets.
Nazorg:
Welke bewijsstukken moet ik maken om aan te tonen dat ik de toets voldoende heb afgerond
Ben je afwezig tijdens de praktijktoets, dan geef je dit door aan desbetreffende docent: via mail voor aanvang van de toets. Je gaat de toets zo spoedig mogelijk inhalen. Je regelt dit met je docent.
Praktijktoets 1 en 2
Praktijktoets 1 en 2; is samengevoegd en aan het einde van leerperiode 2.
Inhoud van de toets: lesstof leerperiode 1 Persoonlijke verzorging, leerperiode 2 Vocht, voeding, uitscheiding.
Duur: met zijn tweeën bij een bed in anderhalf uur (tijdens praktijkles in week 9).
Deze toets bestaat uit een simulatie. Je voert het uit met zijn tweeën. Jullie regelen samen één simulant en jullie zijn de verzorgenden/verpleegkundigen. Het is een nabootsing van de praktijksituatie. Een ieder krijgt persoonlijk feedback op de vaardigheden die een ieder uitvoert tijdens de simulatie, bijv. de een zal wassen en de ander zal drogen en krijgt daar feedback op.
Dit verwerkt ieder voor zich in een verslag. Zie hiervoor de beschrijving van Praktijktoets 1.
Dit verslag lever je in op de elo, in de inlevermap en kijkt je docent na.
De leerperiode daarop volgend is na elke periode een praktijktoets.
Oordopjes voor evt. filmpjes kijken in de les op je laptop
Voor de praktijklessen:
Uniformjas
Aftekenboekje
Protocollen: zijn in het praktijklokaal aanwezig.
Werkwijze:
ZGKv.
In deze lessen werk je aan de theorie van de vaardigheden. Dus de informatie die je nodig hebt voor het uitvoeren van de vaardigheden. Dit is vanuit je theorieboek, die je voor deze lessen bij je moet hebben. Bij de casus staat welke opdrachten je moet maken behorende bij deze casus.
PV en VHT.
Tijdens deze lessen werk je vanuit een casus in een groepje van 3 personen.
Voorbereiden:
Je hebt 2 – 3 weken de tijd om de handelingen van de casus in te oefenen (zie planning). Zorg dus dat je bij blijft in je groepje! Je gaat je voorbereiden op de casus door de bijbehorende filmpjes te bekijken. Voor de les neem je mee: uniform jasje, praktijkgedeelte van de casus, pen en papier.
Uitvoeren:
Bij aanvang van de les was je je handen, zodat iedereen met schone handen werkt.
Je werkt samen in een groepje van 3 personen.
Voor dat je start ga je elkaar bevragen over het protocol.
Bij het uitvoeren is 1 persoon de verzorgende,
1 persoon leest de protocollen voor, 1 persoon speelt de patiënt. Deze rollen voer je om de beurt uit. Je maakt een handelingsplan; in welke volgorde ga jij de handelingen uitvoeren.
Evalueren:
Je gaat rapporteren hoe je de zorg hebt uitgevoerd. Je evalueert met je patiënt hoe hij jouw zorg heeft ervaren en je reflecteert. Het handigste is om het praktijkgedeelte van de casus uit te printen en mee te nemen in de praktijkles.
Zoef.
Tijdens deze lessen oefen je verder met de vaardigheden in je groepje. Hiervoor heb je dezelfde materialen nodig als de vaardigheidslessen.
Je kan altijd extra oefenen, mits je een lokaal reserveert. Je kan dit overleggen met de onderwijsassistent.
Aftekenboekje:
Docent: zet handtekening bij “Instructie” na uitleg/instructie van de handeling en 1 keer uitgevoerd te hebben.
Docent/instructeur/onderwijsassistent: zet handtekening in 2e kolom als je handeling voor de tweede keer hebt uitgevoerd cq. beheerst.
Alle handtekeningen moet je hebben om mee te kunnen doen aan de praktijktoets !!!
Regels in de skills les
Altijd meenemen:
Uniformjasje (niet mee, dan kost dit één euro voor het lenen van een uniformjasje)
Aftekenboekje
Voor aanvang van de praktijkles, bereid jij je voor door je uniform aan te trekken en materialen te verzamelen.
Bij binnenkomst van het lokaal; leg jij je aftekenboekje in het mandje.
Daarna ga jij je handen wassen en neem je plaats op een krukje in het lokaal.
Regels:
Wel:
goede persoonlijke verzorging
uniform aan
korte nagels
lange haren vastgebonden
Niet:
geen hoge hakken aan
geen sieraden om
geen lange nagels
geen gel- of gelakte nagels
geen grote oorbellen
geen dikke sjaals
geen mobiele telefoon mee in het lokaal
Lesstof leerperiode 1
Voor leerperiode 1 hebt je nodig voor de lessen van skills: het boek Traject V&V, deel 1 en deze website.
We gaan werken aan de hand van 3 casussen. In het overzicht staat een planning van het teorie- en praktijkgedeelte.
In de planning staat hoeveel weken en welke weken je gaat werken aan de casus, bijv. week 1 t/m 3 werk je aan casus 1.
In de theorieles staat de verdieping in de leerstof centraal. Hiervoor neem je altijd je boek mee. In het eerste deel van de les wordt er een onderwerp besproken. In het 2e deel van de les werk je aan de opdrachten van bijbehorend hoofdstuk. De opdrachten maken en/of nakijken.
In de praktijkles leer je de handelingen aan en verdiep je je in het protocol. Je neemt hiervoor je handelingsplan mee in de les. Wat je verder mee moet nemen in de praktijkles staat in het overzicht. De zoef lessen komen altijd na de praktijklessen en wordt van je verwacht dat je dezelfde zaken meeneemt voor die les.
Overzicht leerperiode 1
Leerperiode 1 Persoonlijke verzorging
Les
Niveau 3
Niveau 4
Praktijkles
Praktijkles meenemen
1
C1
H17 Voorschriften voor hygiënisch werken
H15
Voorschriften voor hygiënisch werken
Introductie week
Handen wassen, bedienen van bed
2
C1
H22 Zorg voor bedden
H20
Zorg voor bedden
Bed opmaken, schikken van kussens
3
C1
H16 Infectieleer
H2.3.6 Nagelverzorging
H14
Infectieleer
H2.3.6
Nagelverzorging
Nagelverzorging, handmassage,
gezichtsverzorging
Mag eigen nagelverzorgingspulletjes gezichtsverzorging meenemen
Plastic zak om natte spullen in te doen na de les.
5
C2
H2.3.7 Therapeutische elastische kousen
H2.3.7 Therapeutische elastische kousen
Therapeutische elastische kousen
6
C2
H3 Complicaties door onvoldoende beweging
H3 Complicaties door onvoldoende beweging
Scheren
Simulant neemt zijn eigen scheerspullen mee naar school (liefst ‘nat scheren’)
Leerling neemt 2 washandjes en handdoeken mee en plastic zak.
7
C3
H2: 2.3.8 t/m 2.4
H3
H2: 2.3.8 t/m 2.4
H3
Wassen van de pop
Aan- en uitkleden zv
2 washandjes,
2 handdoeken,
Plastic zak.
8
C3
H3
H3
Bed opmaken platliggende zorgvrager.
Wisselligging.
9
10
Bufferweek/ kennistoets1.
Niveau 3: H 2, 3, 16, 17, 22
Niveau 4: H 2, 3, 14, 15, 20
Les 1
Les
Niveau 3
Niveau 4
Praktijkles
Praktijkles meenemen
1
C1
H17
Voorschriften voor hygiënisch werken
H15
Voorschriften voor hygiënisch werken
Introductie week
Handen wassen, bedienen van bed
Werkwijze.
In de komende 3 weken werk je aan casus 1 'Griep'.
Je leest deze casus door.
Je gaat je verdiepen in de theorie en in de praktijk. Zie in het overzicht welke onderdelen hierbij horen.
Voor de praktijkles maak je een handelingsplan. Dit doe je aan de hand van het praktijkformulier. Hierin noteer je welke handeling je als eerste doet, welke als tweede, enz.
Elke week komt hier een handeling bij en stel je het handelingplan bij. Het handelingsplan neem je mee naar de praktijkles zodat je kan beoordelen of je planning goed is. Anders stel je het bij.
Protocol.
Alle handeling worden uitgevoerd volgens protocol.
Elke instelling werkt met protocollen.
Wij werken met de protocollen van Vilans.
Veel instellingen werken hier ook mee. Een protocol is een voorschrift hoe een handeling uitgevoerd moet worden.
Het protocol bestaat uit 3 onderdelen; voorzorg, uitvoering, nazorg.
Voor- en nazorg lijken veelal op elkaar in elk protocol.
De uitvoering wil zeggen hoe de handeling uitgevoerd moet worden. Dit is per handeling heel verschillend.
Bijvoorbeeld tandenpoetsen of katheteriseren.
Klik op het plaatje voor instructiefilm:
Handen wassen
Plastic zak om natte spullen in te doen na de les.
Deze week wordt er gestart met casus 2 De demente zorgvrager.
De demente zorgvrager heeft hulp nodig bij zijn dagelijkse verzorging. Dit ga jij leren begeleiden of soms overnemen.
Dit moet je leren hoe je hiermee omgaat. Daarom oefen je op elkaar. Hoe voelt het als een ander dat bij jou doet. Wat vind je prettig hoe de ander dit uitvoert of juist niet prettig?
Steunkousen aan / uit met hulpmiddel: Doff 'N Donner
Les 6
Les
Niveau 3
Niveau 4
Praktijkles
Praktijkles meenemen
6
C2
H3 Complicaties door onvoldoende beweging
H3 Complicaties door onvoldoende beweging
Scheren
Simulant neemt zijn eigen scheerspullen mee naar school (liefst ‘nat scheren’)
Leerling neemt 2 washandjes en handdoeken mee en plastic zak.
In de praktijkles neem je een simulant mee en ga je zijn baard scheren. Dit mag met een scheerapparaat, maar mag ook nat. De simulant neemt zijn eigen scheerspullen mee. Jij neemt een handdoek en washandje mee.
Jij bent in de praktijkles de gastheer/-vrouw en begeleid jouw simulant en informeert hoe alles gaat.
In leerperiode 2 ga je net zo te werk als in leerperiode 1.
Voor leerperiode 2 heb je de boeken van Traject V&V 'Persoonlijke basiszorg', deel 1 en 2 nodig.
Leerperiode 2 wordt afgesloten met een kennis- en een praktijktoets. De praktijktoets is in week 9 tijdens de skillsles.
Je aftekenboekje is een bewijsstuk voor je opleiding. Dus ga hier zorgvuldig mee om!
Tip!
Ga je aftekenboekje na elke leerperiode scannen/fotograferen/kopieëren MET jouw naam onderaan de bladzijde. Mocht je onverhoopt toch je aftekenboekje kwijt raken dan kan aantonen dat je deze onderdelen al behaald hebt.
Overzicht leerperiode 2
Leerperiode 2 Vocht, voeding en uitscheiding
Les
Niveau 3
Niveau 4
Praktijkles
Praktijkles meenemen
1
C3
H5, 8 (par 1 en 2)
Voeding en hulpmiddelen
Deel 2: H4 Lichaamsgewicht en observatie ervan
H6 Voeding
Deel 2: H4 Lichaamsgewicht en observatie ervan
Helpen bij eten en drinken (zittende zorgvrager).
Lengte, gewicht, BMI.
Ouderdomspak.
School zorgt voor eten en drinken tijdens de skills les.
Voor de zoef les moet je zelf etenswaren meenemen.
2
C4
H11 Urine
H9 Urine
H6.11 Vochtbalans
Po, urinaal, schuitje.
Urine, feces opvangen voor onderzoek
Eigen ingevulde vochtbalans maken
3
C4
H12 Feces
H10 Feces
Rectaal toedienen van zetpil, microlax, klysma, rectumcanule
Aan- en uitkleden platliggende zorgvrager.
4
C4
H15 Leefomgeving van de zorgvrager
H13 Leefomgeving van de zorgvrager
Condoomkatheter,
urethramond verzorgen met blaaskatheter.
5
C4
H13 Uitscheiding
H11 Uitscheiding
Helpen bij eten geven (platliggende zorgvrager)
Vochtbalans.
Onderzoek, ondersteunen bij braken
Kunstgebit, mondverzorging
Ondersteunen bij ophoesten van sputum en opvangen voor onderzoek.
School zorgt voor eten en drinken.
Voor de zoef les moet je zelf etenswaren meenemen.
6
C4
Boek: Deel 2
H5 Slaap-waak ritme
Boek: Deel 2:
H5 Slaap-waak ritme
Bed opmaken met halfzittende zorgvrager met dekenboog
Incontinentie aanbrengen.
7
C5
Inleiding praktijktoets
Inleiding praktijktoets
Wassen onder begeleiding
Ondersteunen bij aan- en uitkleden,
gebruik hulpmiddelen bij aan- en uitkleden.
Korte broek, hemdje.
2 washandjes, 2 handdoeken, eigen zeep
8
C5
Oefenen voor praktijktoets
Materialen die je nodig hebt voor oefenen
9
Praktijktoets 1 en 2 (simulatie)
10
Bufferweek/kennistoets 2
Niveau 3: H 5, 8 (par 1en 2) 3, 11, 12, 13, 15, Deel 2 H 4, 5.
Niveau 4: H 6, 3, 9, 10, 11, 13, Deel 2 H4, 5.
Les 1
Les
Niveau 3
Niveau 4
Praktijkles
Praktijkles meenemen
1
C3
H5,8 (par 1 en 2)
Voeding en hulpmiddelen
Deel 2: H4 Lichaamsgewicht en observatie ervan
H6 Voeding
Deel 2: H4 Lichaamsgewicht en observatie ervan
Helpen bij eten en drinken (zittende zorgvrager).
Lengte, gewicht, BMI.
Ouderdomspak
Praktijktoets:
- planning maken
- beoordelaars regelen
School zorgt voor eten en drinken tijdens de skills les.
Voor de zoef les moet je zelf etenswaren meenemen.
Meten doe je ook altijd op het zelfde moment van de dag:
's ochtends
voor het ontbijt
na het plassen
met dezelfde kleding (liefst alleen ondergoed aan)
Als je hiervan afwijkt noteer je dit in het dossier van de zorgvrager
Steriele handschoenen aantrekken (evt. in theorieles)
Steriel werkveld maken
Sealen van steriel materiaal
7
Wondzorg basis
Boek:
Verpleegtechnische handelingen
H8, H9 blz. 72, 73
Wondzorg basis
Boek:
Verpleegtechnische handelingen
H13 Verband- en verzorgingsmiddelen
Rode wondverzorging
8
H3 Medicijnen
H3 Medicijnen
Medicijnlijst invullen aan de hand van recepten
Uitleg medicijnkar
Regel van 5
Uitzetten van medicatie
Adressenboekje
9
Praktijktoets 3
10
Bufferweek/kennistoets 3
Niveau 3: Persoonlijke basiszorg Deel 2:
H1 par. 4, 5, H2, H3 3.2.6/7, H7, H8
Boek Verpleegtechnische handelingen:
H8, H9 blz. 72, 73 H10
Niveau 4: Persoonlijke basiszorg Deel 2:
H1 par. 4, 5, H2, H3 par. 3, H7, H8
Boek Verpleegtechnische handelingen:
H 11 par. 1t/m 5.1, H12 , H13, H14 par 1 t/m 5, 10, 11, H18 par.1 t/m 5.5
Les 1
Doel van de les:
De leerling kan weergeven wat een normale hartslag is van de zorgvrager.
De leerling kan weergeven wat een afwijkende hartslag is en weet welke actie hij hierop moet ondernemen.
De leerling kan laten zien dat hij de hartslag kan opnemen, interpreteren en rapporteren.
De leerling kan weergeven wat een normale bloeddruk waarde is van de zorgvrager.
De leerling kan weergeven wat een afwijkende bloeddruk waarde is en weet welke actie hij hierop moet ondernemen.
De leerling kan laten zien dat hij de bloeddruk kan opnemen via ausculatoire - en electronische methode, deze kan interpreteren en rapporteren.
De leerling kan weergeven wat een normale ademhaling is van de zorgvrager.
De leerling kan weergeven wat een afwijkende ademhaling is en weet wat de oorzaak is en kan hier actie op ondernemen.
De leerling kan laten zien dat hij de ademhaling kan opnemen, interpreteren en rapporteren.
De leerling kan weergeven wat een normale temperatuur is van de zorgvrager.
De leerling kan weergeven wat een afwijkende temperatuur is en weet wat de oorzaak is en kan hier actie op ondernemen.
De leerling kan laten zien dat hij de temperatuur kan opnemen (auraal, axillair, rectaal) interpreteren en rapporteren.
Les
ZGKv
Skills
Meenemen
4
Controleren temperatuur:
Temperatuur opnemen via aurale, rectale, axillaire meting
De leerling kan weergeven wat steriele materialen zijn en waar hij op moet letten bij steriele materialen.
De leerling laat zien dat hij steriel de steriele handschoenen kan aantrekken en een steriel werkveld kan maken.
De leerling kan weergeven hoe een normale wondgenezing verloopt.
De leerling kan weergeven welke aspecten hierbij van belang lang zijn.
De leerling kan benoemen welke invloed een wond heeft op de zorgvrager.
De leerling kan verschillende soorten verbandmiddelen benoemen en uitleggen wanneer deze gebruikt worden.
De leerling kan laten zien hoe een rode wond zo schoonmogelijk te verzorgen.
De leerling kan verschillende zwachtels benoemen en weergeven wanneer deze gebruikt worden.
De leerling kan laten zien dat hij de verschillende technieken van zwachtelen beheerst.
De leerling kan de verschillende categorieën benoemen van de medicatie.
De leerling kan benoemen hoe de procedure loopt van recept tot medicijn.
De leerling kan laten zien dat hij een medicijnlijst kan invullen aan de hand van recepten.
Veel oefenen en goed op de hoogte zijn van de achtergrond informatie van subcutaan injecteren.
Uitvoering:
Bij de toets trek je een casus. Hierin staat welke injectie je moet klaarmaken.
Je gaat de injectie klaarmaken.
Ouderejaars leerling of docent beoordeelt.
Beoordeling: beoordelingsformulier van Vilans
Benodigdheden voor de toets:
Injectiekar
Casussen
Ruimtes: skill lokaal 223 en 224
Beoordelingsformulieren gekopieerd in mapjes voor beoordelaars
Verslag:
Inleveren in nelo
Voorblad met je gegevens
In document: scans of foto’s van beoordelingslijst (Vilans en temperatuurlijst)
Reflectie: wat ging goed/ wat kan beter.
Leerjaar 2
Hieronder vind je de link van de skillsvaardigheden van het 2e leerjaar.
Het 2e leerjaar heeft 2 leerperiode met skillsvaardigheden.
Protocol: Scheren van het gezicht van de zorgvrager
Handelingsformulier
Naam student:
Naam observator:
Datum:
Beoordeling:
Voor alle handelingen geldt:
Raadpleeg het dossier;
Zorg voor voldoende privacy;
Was je handen volgens de WIP-procedure;
Pas de voorschriften toe;
Observeer en controleer de zorgvrager.
De student:
1 Informeert:
Vertel de zorgvrager dat je hem komt scheren en vraag of dat gelegen komt;
Leg de zorgvrager uit hoe je het scheren wilt doen en vraag of het voorstel naar tevredenheid van de zorgvrager is;
2 Zet alle benodigdheden klaar:
Een spiegel;
Aftershave, bodymilk of balsem;
Eventueel wegwerphandschoenen.
Voor nat scheren:
Een schoon en scherp scheermesje;
Scheerschuim of scheergel;
Een wasbak met water van ± 40°C tot 45°C;
Een handdoek;
Zo nodig een warme doek;
Een washandje.
Voor elektrisch scheren:
Een elektrisch scheerapparaat;
Een schoonmaakborsteltje voor het scheerapparaat.
3 Helpt zorgvrager in de juiste houding:
Vraag de zorgvrager een zittende houding aan te nemen en ondersteun hem indien nodig hierbij.
4 Voert handeling uit:
Nat scheren:
Plaats het bedkastje halverwege het bed en klap het open;
Zet de waskom met warm water en het scheerschuim of de scheergel op het opengeklapte kastje;
Plaats het hoofdeinde zo, dat de zorgvrager ontspannen kan zitten of leunen. Vraag de zorgvrager of hij prettig zit;
Geef de zorgvrager een handdoek om zijn kleding te beschermen en leg zo nodig de warme doek over de kin en hals van de zorgvrager;
Trek eventueel handschoenen aan en neem een bescheiden hoeveelheid scheerschuim of scheergel in de handpalm; wrijf je handen over elkaar om het te laten schuimen. Breng het schuim eventueel met een scheerkwast op;
Haal de doek weg, doe en verdeel het schuim over het gezicht en de hals en doe de handschoenen uit;
Plaats het mesje bij de bakkebaard en scheer rustig en met voorzichtige streken het gezicht;
Scheer eerst het linkergedeelte van het gezicht, dan de bovenlip en kin, en vervolgens het rechtergedeelte van het gezicht;
Reinig regelmatig het mesje door het even in de waskom af te spoelen;
Vraag de zorgvrager zijn hoofd achterover te buigen, zodat de huid in de hals strak gaat staan;
Scheer de hals van boven naar beneden.
Neem het washandje en verwijder het overtollige scheerschuim; maak hierbij gebruik van het water uit de waskom;
Dep het gezicht en de hals droog;
Bied de zorgvrager de spiegel aan en vraag of hij tevreden is met het resultaat;
Verzorg desgewenst de huid met aftershave of bodymilk.
Elektrisch scheren:
Leg een badhanddoek op de borst van de zorgvrager;
Trek de huid van de zorgvrager op de plek waar je scheert strak door de wijsvinger boven het scheeroppervlak te plaatsen en de duim onder het scheeroppervlak te plaatsen;
Scheer het huidoppervlak tussen de geplaatste vingers, verplaats vervolgens de vingers naar een nog niet geschoren huidoppervlak en herhaal de handeling net zo lang totdat de gehele baardgroei weg is;
Bied de zorgvrager na het scheren een spiegel aan en vraag of hij tevreden is;
Verzorg desgewenst de huid met aftershave, balsem of bodymilk.
5 Past juiste nazorg toe:
Help de zorgvrager zo nodig weer in een comfortabele houding;
Vraag of de zorgvrager tevreden is over het scheren;
Breng de omgeving in orde: nachtkastje en bel onder handbereik, het bed naar beneden.
Ruim alles op en maak schoon;
Houd het mesje onder de lopende kraan om alle haartjes te verwijderen;
Neem een papieren doekje. Sla het scheerapparaat open, veeg de haren met een borsteltje weg boven het papierendoekje.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Oefentoets leerperiode 1
Medicatie: rekenen
EHBO
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.