Op de basisschool hebben jullie vast allemaal geschiedenisles gehad. Verhalen over ridders, kastelen en oorlog. Maar weet je wel wat geschiedenis eigenlijk is? Waarom hebben we het bijvoorbeeld niet over dinosaurussen? En hoe weten we eigenlijk zoveel over het verleden? Dat ga je allemaal in deze lessen leren.
Introductieopdracht.
Maak in groepjes van 2 of 3 een mindmap over wat jullie allemaal nog weten van geschiedenis. Weet je niet wat een mindmap is? kijk dan even naar het stukje 'wat is een mindmap'
Voorbereiding:
Maak groepjes van 2 of 3 leerlingen.
Leg het a3 blad in het midden.
Schrijf in het midden van het blad het woord geschiedenis.
Zorg dat je allemaal een andere kleur pen/potlood of stift hebt
De opdracht:
schrijf zo veel mogelijk onderwerpen die je nog weet van de lessen geschiedenis op de basisschool op het blad. Hoe meer hoe beter!
Probeer zo duidelijk mogelijk te zijn. Schrijf in plaats van alleen het woord oorlog op welke oorlog je nog weet.
Weten jullie geen onderwerpen meer? Dan mag je ook losse woorden die volgens jullie bij geschiedenis horen erbij zetten. Vinden jullie het bijvoorbeeld leuk? of moet je veel boeken lezen? Probeer het blad zo vol mogelijk te krijgen.
Als iedereen klaar is zal je docent van een aantal groepen vragen om het mindmap aan de rest van de klas te laten zien. Vertel kort of jullie veel dingen wisten en welke losse woorden jullie gekozen hebben.
wat is een Mindmap?
Een mindmap is een manier om ideeën en informatie te organiseren. Je kunt hier al je gedachtes en ideeën bij opschrijven welke je bij een bepaald onderwerp hebt. Je bent helemaal vrij in de manier hoe je dit doet. Je kan losse woorden gebruiken of kleine tekeningetjes.
Hoe maak je een mindmap?
Zet het onderwerp in het midden. Voor deze opdracht is dat Geschiedenis
Rondom het woord ga je van alles schrijven wat volgens jou met het onderwerp te maken heeft. Deze losse woorden verbindt je met het grote woord in het midden.
Weet je niet hoe je iets moet zeggen, geen probleem! Een tekening mag ook.
Doen woorden je weer aan iets anders denken, ook geen probleem! Deze kun je vervolgens weer verbinden met de andere woorden. Op deze manier krijg je een heel "web" van woorden
Enkele voorbeelden van een Mindmap:
Wat is geschiedenis?
Geschiedenis gaat over vroeger. Maar niet alles wat vroeger gebeurt is hoort bij geschiedenis. Het gaat alleen maar over het verleden van de mensen. Helaas kunnen we niet even in een tijdmachine stappen om te kijken hoe mensen leefden. Daarom worden de sporen die de mensen hebben achter gelaten onderzocht. Denk bijvoorbeeld aan oude wapens of de resten van een kampvuur. Hier kunnen veel van leren.
Bijl uit de prehistorie Vuistbijl Prehistorische voetafdrukken.
Ook van dingen die mensen geschreven hebben kunnen we veel leren. Hoe verder je terug gaat in de geschiedenis, hoe moeilijker dit wordt. Er was zelfs een tijd dat mensen nog niet konden schrijven! Deze tijd kan alleen onderzocht worden door naar voorwerpen te kijken, en dat is best lastig. We weten van veel dingen niet waarom ze gemaakt zijn of hoe ze gebruikt werden.
Lezen en schrijven.
De tijd dat mensen nog niet konden schrijven noemen we de prehistorie. Vanaf het moment dat mensen voor het eerst gaan schrijven gaan we de tijd de historie noemen. Niet overal ter wereld is het schrift op hetzelfde moment uitgevonden. De prehistorie eindigt dus overal ter wereld op een ander moment. Er zijn zelfs volken die nu nog steeds in de prehistorie leven!
Toen mensen meer gingen handelen en reizen werd het belangrijker op informatie vast te leggen en door te geven. De oudste geschreven bronnen zijn dan ook geen mooie verhalen of gedichten, maar gaan over zaken. Het gaat bijvoorbeeld over wie de eigenaar is van een stuk land of om bij te houden wie zijn belasting al betaald heeft. Later zijn mensen het schrift voor andere dingen gaan gebruiken. Om verhalen door te geven bijvoorbeeld of om mensen iets te vertellen over nieuwtjes.
Het schrift is op verschillende plekken ontstaan. Er zijn grote verschillen in hoe de mensen ergens schreven en welk materiaal ze gebruikten. Zo schreven de Mesopotamiërs in het spijkerschrift. Dit kraste ze in natte klei. Als dit dan opgedroogd was had je een kleitablet. De Egyptenaren gebruikten verschillende tekens die een woord of een klank betekenden. Ze schreven dit op bladeren van de papyrusplant of op muren van bijvoorbeeld tempels. In ons deel van de wereld gebruikten de mensen vroeger perkament. Dit wordt gemaakt van dierenhuid.
In de 8ste eeuw voor Christus leerden de Grieken het alfabet van de Feniciërs. Dit volk gebruikte echter geen klinkers dus die hebben de Grieken toegevoegd. Ook de richting waarin ze schreven hebben de Grieken veranderd. Eerst schreven ze van rechts naar links maar later bleek het toch handiger te zijn om van links naar rechts te schrijven. Net zoals wij dat nu doen. In Europa werden na de Grieken de Romeinen het belangrijkste volk van Europa. Zij paste het alfabet van de Grieken aan en leerde het aan de volkeren die zij overheersten. Dit is het alfabet wat wij nu nog steeds gebruiken.
De tijd gemeten.
Om geschiedenis goed te begrijpen is het erg belangrijk om dingen in de juiste tijd te kunnen plaatsen. Mensen dachten vroeger namelijk heel anders over dingen. Vroeger vonden mensen het heel erg normaal om een slaaf te hebben maar dat kunnen wij ons nu maar lastig voorstellen.
Jaartelling
In het grootste gedeelte van de wereld wordt de christelijke jaartelling gebruikt. Deze jaartelling begint bij de geboorte van Christus. De mensen in Europa vonden deze gebeurtenis zo belagrijk dat ze vanaf dat jaar zijn gaan tellen. De geschiedenis begint natuurlijk niet met de geboorte van Christus. Ook vóór die tijd gebeurde er belangrijke dingen. Hoe geef je dat dan in de tijd aan? Heel eenvoudig, we tellen gewoon terug. Iets gebeurde bijvoorbeeld vijftig jaar vóór de geboorte van Christus. Je schrijft dat op als 50 v. Chr. Wij leven nu in de tijd na de geboorte van Christus. Dit hoef je niet op te schrijven. Gebeurt iets 2000 jaar ná de geboorte van Christus dan schrijven we gewoon 2000.
Eeuwen.
Behalve de tijd te verdelen in voor Christus en na Christus kun je natuurlijk de tijd op veel meer andere manieren verdelen. Bijvoorbeeld in weken of jaren. In de geschiedenis wordt veel gebruik gemaakt van eeuwen. Een eeuw is een stukje van honderd jaar. Iets kan dus plaats vinden in de 17e eeuw voor Christus. Dat is dus 17x100 jaar voor de geboorte van Christus.
De eerste periode van 100 jaar begint bij de geboorte van Christus, het jaar 0. De periode tussen het jaar 0 en het jaar 100 noemen we de eerste eeuw. De periode tussen het jaar 100 en 200 noemen we de 2e eeuw. Zo tellen we door. De 17e eeuw is dus van het jaar 1600 tot het jaar 1700.
Het arrangement Welkom bij geschiedenis is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0
Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of
bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.