Inleiding
Ter inspiratie
Inleiding
Als verpleegkundige heb je in je beroep te maken met een aantal vormen van zorg, diverse branches/werkvelden verschillende zorgvragers. Daarnaast zijn vier documenten belangrijk voor je beroep, het kwalificatiedossier mbo verpleegkunde, de wet BIG, de beroepscode en het beroepsprofiel. In deze periode ga je vooral nadenken over jou en je toekomstige beroep. Omdat goed te kunnen doen gaan we in deze periode in op de volgende items:
Wat is gezondheid?
Zelfzorg
Preventie
Voeding
Visie op de mens
Oriëntatie branches
Verwachtingen
- De student komt voorbereid in de les d.w.z. heeft de theorie doorgelezen.
- De student werkt soms individueel, soms met anderen aan een verwerkingsopdracht.
- De student doet actief mee tijdens de lessen.
- Als er in de les geen tijd is om de opdrachten, zoals die in de Its Learning staan, te maken wordt dit automatisch huiswerk voor de volgende les.
Beoordeling
- Opdrachten Edition
- Aanwezigheid + actieve deelname aan les
- Eindopdracht Periode 1:
Opdrachten Edition en aanwezigheid in de les
Verantwoording
Periode 1
Werkprocessen en kerntaken
B-K1-W2: Onderkent dreigende of bestaande gezondheidsproblemen
Kennis: basiskennis AF, pathologie (bewegingsapparaat, circulatiestelsel, longenstelsel, spijsverteringsstelsel, urogenitaalstelsel, hormoonstelsel, zenuwstelsel, huid, zintuigen, cellen en weefsels), beroepscode, bacteriologie en virologie, benaderingswijzen dementerenden, patiëntveiligheid, brandveiligheid en preventie.
Gedrag: belangrijkste gegevens halen uit informatie van collega’s en betrokkenen, overdrachten en onderzoeken; respect voor ervaringsdeskundigheid; aandacht voor beleving en welbevinden; adequaat reageren op (non)verbale signalen; adequaat reageren bij acute gezondheidsproblemen; rapporteren.
B-K1-W4: Biedt persoonlijke verzorging en monitort welbevinden
Kennis: (dysfunctionele) gezondheidspatronen, bedcomplicaties en preventieve maatregelen.
Gedrag: rekening houden met behoeften zv, respect voor privacy en gewoonten, motiveren zv, observeren gedrag en welbevinden, bevindingen bespreken met zv en betrokkenen, informeren van betrokkenen, signaleren van veranderingen.
B-K1-W6: Begeleidt een zorgvrager
Kennis: beroepscode, beroepshouding, eenzaamheid, sociale uitsluiting.
Gedrag: biedt sturende, motiverende of activerende begeleiding, toont betrokkenheid, stimuleert autonomie van zv, betrekt naasten, begeleiding bij verwerking gevolgen, herkennen emotionele problemen; anticiperen op kracht van zv, zv met respect behandelen, andere deskundigen raadplegen, regie zv optimaliseren.
Periode 2
Werkprocessen en kerntaken
B-K1-W1: Neemt een anamnese af en stelt een verpleegkundige diagnose
Kennis : Methodisch werken, verpleegkundig proces, kennis van anatomie, fysiologie en pathologie. kennis over basis-communicatieve vaardigheden
Gedrag : actief luisteren naar mogelijkheden, problemen, behoeften en omstandigheden van zv en naasten, empathische houding, geven van begrijpelijke antwoorden, interventies afstemmen, analyseren van gegevens, conclusies trekken, relatie tussen vaktechnische mogelijkheden en kwaliteit van leven, accuraat registreren
B-K1-W2: Onderkent dreigende of bestaande gezondheidsproblemen
Kennis:
basiskennis AF, pathologie (bewegingsapparaat, circulatiestelsel, longenstelsel, spijsverteringsstelsel, urogenitaalstelsel, hormoonstelsel, zenuwstelsel, huid, zintuigen, cellen en weefsels), beroepscode, bacteriologie en virologie, benaderingswijzen dementerenden, patiëntveiligheid, brandveiligheid en preventie,
Gedrag:
belangrijkste gegevens halen uit informatie van collega’s en betrokkenen, overdrachten en onderzoeken; respect voor ervaringsdeskundigheid; aandacht voor beleving en welbevinden; adequaat reageren op (non)verbale signalen; adequaat reageren bij acute gezondheidsproblemen; rapporteren
B1-K1-W3: Stelt een verpleegplan op
Kennis: :
gezondheidspatronen Gordon
Gedrag:
correct en accuraat gegevens verwerken van anamnese, vpk diagnose en gezondheidsproblemen; actief betrekken van zv bij vaststellen zorgbehoefte en uitvoering van zorg; rekening houden met mogelijkheden, omstandigheden en gemaakte afspraken; formuleren van doelen, activiteiten en interventies; onderbouwen van gemaakte keuzes; houdt zich aan richtlijnen m.b.t. eigen bevoegdheid
B-K1-W4: Biedt persoonlijke verzorging en monitort welbevinden
Kennis:
(dysfunctionele) gezondheidspatronen, bedcomplicaties en preventieve maatregelen
Gedrag:
rekening houden met behoeften zv, respect voor privacy en gewoonten, motiveren zv, observeren gedrag en welbevinden, bevindingen bespreken met zv en betrokkenen, informeren van betrokkenen , signaleren van veranderingen
B-K1-W6: Begeleidt een zorgvrager
Kennis:
beroepscode, beroepshouding, eenzaamheid, sociale uitsluiting
Gedrag:
biedt sturende, motiverende of activerende begeleiding, toont betrokkenheid, stimuleert autonomie van zv, betrekt naasten, begeleiding bij verwerking gevolgen, herkennen emotionele problemen; anticiperen op kracht van zv, zv met respect behandelen, andere deskundigen raadplegen, regie zv optimaliseren
Periode 3
Werkprocessen en kerntaken
Periode 4
Werkprocessen en kerntaken
- Periode 1: Beoordeling vindt plaats door middel van een kennistoets
- Periode 2: Beoordeling vindt plaats door middel van een kennistoets.
- Periode 3: Beoordeling vindt plaats middels eindoplevering PIT (een voorlichtingsplan)
- Periode 4:
Lesinhoud P1
Lesinhoud P2
Lesinhoud P3
Lesinhoud P4
Bronnen
Boek: Traject V&V Persoonlijke Basiszorg 1
Boek: Traject V&V Persoonlijke Basiszorg 2
Boek: Traject V&V Het verpleegplan niveau 4
Zelfredzaamheid en zelfmanagement PP
