Met het ezelsbruggetje 't kofschip kun je bepalen of je een voltooid deelwoord met een 'd' of met een 't' schrijft. In de volgende oefening kun je kijken of je die regel goed kunt toepassen.
Voorbeeld:
Hij is gisteren naar Apeldoorn ........ . (verhuizen)
Als je de -envan het hele werkwoord verhuizenafhaalt, dan houd je verhuizover. Dat eindigt op een z en die staat niet in het kofschip. Dus moet je hier invullen: verhuisd