Vul de goede antwoorden in.
Dit verhaal komt uit het boek De prinses of de tijger van Raymond Smullyan. Een gevangene kan kiezen tussen twee deuren. Achter elke deur is een kamer met een prinses of een tijger. Het is dus mogelijk dat achter beide deuren een tijger zit of een prinses. Op elke deur hangt een bordje met daarop een mededeling (een zin) die waar of onwaar kan zijn. De bordjes zie je hiernaast. Verder wordt de gevangene iets verteld over de waarheid van deze zinnen, namelijk dat één van de twee zinnen is waar, de andere onwaar.
Welke deur moet de gevangene kiezen?
Klopt de volgende redenering?
Als Anja ongelijk heeft, dan heeft Bert gelijk. Maar als Cindy gelijk heeft, dan geldt dat als Anja ongelijk heeft, Bert ook ongelijk heeft. Dus heeft Cindy geen gelijk.
Er liggen vier kaarten op tafel (zie hierboven). Op elke kaart staat op de ene kant een letter en op de andere kant een getal. Er wordt het volgende beweerd: Als op de ene kant van de kaart een klinker staat, staat op de andere kant een even getal. Je wilt deze bewering controleren door de achterkant van de kaarten te bekijken. Maar je wilt zo min mogelijk kaarten omdraaien.
Welke kaarten draai je om? En welke niet?
Je hebt alle vragen beantwoord. Je kunt je antwoorden bekijken door terug te gaan naar de vragen.