De meest voorkomende werkwoorden in de Franse taal zijn être en avoir.
Deze werkwoorden betekenen het volgende:
Être = zijn
Avoir = hebben
Ook geef ik enkele voorbeelden van regelmatige werkwoorden op -er:
travailler = werken
ranger = opruimen
manger = eten
habiter = wonen
écouter = luisteren
commencer = beginnen