Sterke werkwoorden zijn werkwoorden waarbij de klank in de verleden tijd verandert. Voorbeelden zijn
lopen-liep, besluiten-besloot en komen-kwam. Bij sterke werkwoorden schrijf je de verleden tijd en het
voltooid deelwoord zoals je het hoort. Deze werkwoorden zijn moeilijk voor mensen die Nederlands als
tweede taal leren, want je moet weten dat ze van klank veranderen.
Lopen – ik liep
Vinden – ik vond
Kijken – ik keek
Vallen - Ik ben gevallen.
Lopen - Ik heb gelopen.
Zien - Ik word gezien.
Vind je het nog moeilijk of wil je de uitleg gewoon (nog) eens horen? Bekijk dan het filmpje hieronder.
Sterke werkwoorden https://www.youtube.com/watch?v=iyowrc_g7RY
De gebiedende wijs krijg je als je een bevel of opdracht geeft. De zin heeft dan geen onderwerp.
Je schrijft de ik-vorm.
Geef me die bal eens!
Pak jullie boeken.
Let op: Als je daarna iemand met u aanspreekt, komt er wel een t bij.
Gaat u maar voor.
Vind je het nog moeilijk of wil je de uitleg gewoon (nog) eens horen? Bekijk dan het filmpje hieronder.