opstart eigen project
Pagina | Doelstelling | Taken | Lesnr. | |
waarom gedragsbiologie | Je hebt inzicht in de toepassingsmogelijkheden voor gedragsbiologie. | |||
>gedragsbeinvloeding |
Je kunt uitleggen hoe gedrag ontstaat. begrippen: Inwendige-, Uitwendige prikkels. Motivatie, Drempelwaarde, Handeling, Gedrag, Sleutelprikkel, Supernormale prikkel |
1.2 opdr 1t/m10 |
1 | |
>dierenwelzijn | Je kunt in een gegeven situatie beoordelen en beargumenteren of een dier ambivalent, oversprong of omgericht gedrag vertoont |
1.3 opdr 1-3 1.4 olifanten in drenthe |
2 | |
>Natuurbeheer |
Je kunt aangeven welke functie territoriumgedrag heeft voor de overleving van een soort. Je kunt voorbeelden van territoriumgedrag noemen
|
1.1 opdr 5-9 | 3 | |
Inleiding | ||||
opdr 1-3 | Je kunt objectief spreken en scrijven over gedrag, zonder antropomorfismen te gebruiken. | 1.4 'de mens in de olifant' | 4 | |
materiaal en methode | ||||
opdracht 3 | je kunt een ethogram maken ter voorbereiding op het maken van een onderzoeksplan. | 5 | ||
opdracht 4 |
Je kunt een protocol maken Je kunt gedrag indelen in gedragssystemen, gedragsketens en gedragselementen |
1.4 opdr 3-6 | 6 | |
Inleiding: | 7 | |||
Opdracht 4 |
Je kunt bronnen vermelden volgens APA. Je kunt een goede onderzoeksvraag en hypothese opstellen |
Lezen 7.2 vanaf natuurweteschappelijk onderzoek. Maken en nakijken 4 t/m 9 | ||
opstart eigen project | Onderwerp gekozen, deadline in je agenda gezet, planning gemaakt, bronnen gezocht voor inleiding, start inleiding gemaakt | 9 | ||
Materiaal en methode | ||||
Een goed onderzoeksontwerp maken |
Je kunt een onderzoek ontwerpen dat betrouwbaar en valide is. Je kunt bij een gegeven context de controle-groep en experimentele groep onderscheiden. Je kunt een controle-experiment ontwerpen. Begrippen: afhankelijke- en onafhankelijke variabele, kwalitaitef, kwantitatief, placebo, blind onderzoek, dubbelblind onderzoek. |
7.4 lezen en maken 1 t/m 6 |
10 | |
Resultaten | ||||
Diagrammen en tabellen |
Je kunt de resultaten van een willekeurig onderzoek overzichteijk weergeven in een tabel en diagram. Je maakt hier bij de juiste keuze voor het type diagram en houd je aan het regels voor het maken van diagrammen. Je gebruikt een sectordiagramtaartdiagram alleen als het echt niet anders kan. Meestal kan het wel anders. |
7.4 lezen en maken 7 t/m 9 | 11 | |
Conclusie en discussie | ||||
Je kunt op correcte wijze een conclusie formuleren, gebaseerd op onderzoeksresultatenn. Je kunt een discussie scrijven waarin je positief kritisch de betrouwbaarheid, validiteit en maatschappelijke relevantie van onderzoeksresultaten bespreekt. |
12 | |||
zelfstudie gedrag tijdens PO |
|
|||
sociaal gedrag | (ritueel gedrag, signalen, rangorde) |
|
13 | |
leren |
je kunt de verschillende vormen waarmee gedrag aangeleerd wordt onderscheiden. Je kunt ze benoemen in een willekeurige context en van elke vorm van leren een voorbeeld uitleggen. |
1.3 opdr 4t/m9 1.5 opdr 1t/m11 |
14 | |
extra oefenen gedrag | ||||
schoolwise | ||||
boek |
toepassen:sluipwesp spoort landmijn op toepassen: Manieren om te versieren Examentraining |
maken en nakijken | ||
biologiepagina.nl | Oefenen >> oude examenvragen | |||
zelf |
conceptmap maken uitleggen aan een ander |
je mag deze laten nakijken
|
||
na 9 juni |
voedselbederf transport door celmembranen ethiek |
7.1 + 7.2 1t/m3 7.3 7.5 |