De halogenen die aan een koolstofketen zijn gebonden, zetten we met naam en plaats aan de keten vóór de ketennaam van de verbinding, in alfabetische volgorde. Komt er meer dan één atoom van hetzelfde halogeen in een molecuul voor dan geven we dit aantal aan met een numeriek voorvoegsel.
3-broom-1,1-dichloorpropaan, want: broom komt voor chloor en zo laag mogelijke nummering.
2-broom-4-chloorpent-2-een, want: dubbele binding krijgt het laagste nummer (plaatsaanduiding direct voor het deel van de functionele naam waarop het betrekking heeft) en broom komt voor chloor.
2,3-dibroom-4-chloorbutaan-1-ol, want: OH staat in tabel 66B boven de halogenen dus wordt het achtervoegsel -ol en krijgt dit tevens het laagste nummer (plaatsaanduiding direct voor het deel van de functionele naam waarop het betrekking heeft). Verder komt broom voor chloor.