Begrippenlijst

Handelskapitalisme en wereldeconomie

Economische wereldmacht
De Republiek dreef zeer veel handel (voornamelijk over zee) en werd daardoor het rijkste land ter wereld.

Specerijen
Specerijen zijn planten en/of plantendelen die sterk ruiken of een scherpe smaak hebben. Ze kunnen aan voedsel worden toegevoegd als smaak- en geurmiddel.

Ondervoeding
Situatie waarin iemand te weinig voedsel en/of voedsel van een slechte kwaliteit binnenkrijgt.

Kooplieden
Personen die handelsproducten kopen of verkopen om winst te maken.

Petrus Plancius
Een protestantse predikant en zeevaartkundige. Hij was ook cartograaf. Hij maakte land- en zeekaarten.

Matroos
Een persoon die eenvoudig werk doet aan boord van een schip.

Cornelius de Houtman
Een Nederlandse koopman en ontdekkingsreiziger. Hij voer als eerste Nederlander naar Oost-Indië.

Aandeelhouder
Mede-eigenaar van een onderneming, bezit aandelen van een bedrijf.

Multinational
Een onderneming die in meerdere landen tegelijk werkzaam is.

VOC
In 1602 werd de Verenigde Oost-Indische Compagnie opgericht. Het was een vereniging van bedrijven die samenwerkten in de handel met Indië. De VOC kreeg van de Republiek een monopolie (alleenrecht) op de handel met Azië.

WIC
De West-Indische Compagnie werd in 1621 opgericht om handel te drijven met Afrika en Amerika. Het kreeg net zoals de VOC een monopolie op die handel. De WIC handelde uiteindelijk vooral in slaven. Die werden vanuit Afrika naar Amerika gebracht.

Monopolie
Een monopolie is een besluit dat maar één bedrijf in een bepaald product mag handelen. De VOC kreeg een monopolie op de handel met Azië.

Loonarbeid
Werken tegen betaling.

Beemster
De eerste grote met windmolens drooggemalen polder.

Handelsgewas
Een handelsgewas is een landbouwproduct dat niet voor eigen consumptie wordt geteeld, maar voor de handel.

Marktgericht
Bedrijven houden rekening met alle partijen die een rol spelen in hun markt.

Nijverheid
Beroepswerkzaamheden waarbij iets wordt gemaakt of bewerkt.

Droogmakerij
Een meer of water wordt omdijkt en drooggemalen.
Op die manier heeft men vanaf de zestiende eeuw land gewonnen.

Inpolderingen
De Republiek bestond voor een groot deel uit moerassig gebied en wateren. Om die gebieden te kunnen gebruiken, werden ze ‘ingepolderd’. Dat betekent dat ze door een systeem van molens drooggepompt werden, zodat er nieuwe grond ontstond.

Turfwinning
Turf is gedroogd veen. Turf kan als brandstof gebruikt worden.

Handelskapitalisme
Economisch systeem in de 17e eeuw in Europa.
Kooplui hielden zich met handel, nijverheid en landbouw bezig.
Ze bepaalden zelf hoeveel en welke goederen ze maakten. Hun winst gebruikten ze om hun bedrijf te laten groeien.