Zoek op in de Bosatlas de kaart De Wereld - Ontwikkelingskenmerken:
![]() |
GB54 Kaart 240D / GB55 Kaart 262D - Opkomende markten |
Dat Portugal al geruime tijd een hoog ontwikkelingspeil heeft en het ontwikkelingspeil van Angola en Brazilië stijgt, is te danken aan twee invloeden van buitenaf, hieronder aangeduid als A en B.
Vooral vanaf 1990 werken landen wereldwijd steeds meer met elkaar samen om hun onderlinge handel vrijer te maken. Daardoor zou hun BBP stijgen en de welvaart onder hun inwoners toenemen. Dat is in de praktijk ook het geval. Om hun handel vrijer te maken, verlaagden landen invoerheffingen of schaften deze helemaal af en sloten ze zich aan bij vrijhandelszones.
Raadpleeg de volgende bronnen en beantwoord de vragen:
Multinationale bedrijven uit vooral Europa en de Verenigde Staten, zien door vrije handel kansen om zaken te doen in steeds meer landen. Voor het bouwen van nieuwe vestigingen kiezen ze landen uit waar de belastingen en lonen laag zijn, waar veel mensen hoog zijn opgeleid, waar de infrastructuur van goede kwaliteit is en veel vruchtbare grond en/of grondstoffen te vinden zijn.
Ook in Angola, Brazilië en Portugal vestigen zich veel multinationale bedrijven, waaronder Chinese bedrijven. Eerst zijn dat alleen staatsbedrijven, maar gaandeweg zijn er ook Chinese bedrijven bij in handen van particulieren, die winst willen maken.
Dat is goed voor het ontwikkelingspeil van Angola en Brazilië, zou je zeggen. Meer mensen vinden dankzij buitenlandse bedrijven (goedbetaald) werk en de staat krijgt extra inkomsten omdat deze bedrijven belasting moeten betalen. Maar zo eenvoudig ligt het niet.
Om te beginnen sluizen buitenlandse bedrijven, die in landen als Angola en Brazilië zaken doen, het geld dat ze ermee verdienen, door naar hun land van herkomst.
Ten tweede nemen niet alle buitenlandse bedrijven die zich in Angola en Brazilië vestigen personeel uit de landen zelf aan. Bedrijven uit de Verenigde Staten, Europese landen en andere westerse landen doen dat in de regel wel, al laten ze een klein aantal topfunctionarissen naar Angola of Brazilië overkomen. Chinese bedrijven daarentegen brengen een groot deel van de arbeiders die ze voor hun werk in het gastland nodig hebben, uit China mee naar Angola of Brazilië.
Voor Angola komt er nog iets bij dat met de Engelse termen ‘Angola Mode’ en ‘Oil (of Resources) for infrastructure’ wordt aangeduid. Het werkt als volgt:
Naar: Rianne van Zweeden: 'Angolese politici, Chinese handelaren en nieuwe spoorwegen', p. 14-26 op www.dspace.library.uu.nl