Antwoorden Toepassingen

Toepassing: Van bloem tot banaan

  1. = nieuwe bloem
  2. = stempel
  3. = stampers en meeldraden
  4. = vruchtbeginsel
  5. = bloemblaadjes
  6. = stempel
  7. = banaan
  8. = resten van meeldraden
  9. = nieuwe bloem

Toepassing: Olienoten ofwel pinda's

  1. Is niet waar. Een pinda is een zaad.
  2. Is niet waar. Een pinda is een zaad en dus geen wortel.
  3. Is waar. De planten behoren zelfs tot dezelfde familie.
  4. Is waar. Een pinda ontstaat pas na bestuiving en bevruchting.
  5. Is waar. Een zaad bevat een kiem en een kiem is een jong plantje.
  6. Is niet waar. Een pinda is een zaad en dus geen stengelknol.

Toepassing: Bestuiving door vleermuizen

  1. Is waar. Anders zou de kans op bestuiving erg klein worden.
  2. Is waar. Anders zou er weinig bestuiving door vleermuizen plaatsvinden.
  3. Is niet waar. Het gaat juist om de nectar.
  4. Is waar. Ze eten de vruchten en spugen de zaden uit.
  5. Is niet waar. Het moeten wel bloemen van dezelfde soort zijn.
  6. Is niet waar. Zonder nectar komt de vleermuis niet en is er geen bestuiving.