Verschillende manieren om het meervoud te maken
Er zijn verschillende manieren om van een zelfstandig naamwoord het meervoud te maken.
Hieronder zie je een aantal manieren met een voorbeeld.
Plaats en achter het enkelvoud.
voorbeeld 1: paard - paarden
voorbeeld 2: ...
Als het enkelvoud een lange klinker heeft vervalt in het meervoud één van die klinkers.
voorbeeld 1: aap - apen
voorbeeld 2: ...
Als het enkelvoud een korte klinker heeft, komt er in het meervoud een medeklinker bij.
voorbeeld 1: klok - klokken
voorbeeld 2: ...
Eindigt het enkelvoud op een s of een f dan wordt in het meervoud de s vaak in een z en de f in een v.
voorbeeld 1: brief - brieven
voorbeeld 2: ...
Woorden die in het enkelvoud eindigen op ee, krijgen in het meervoud ën erbij.
voorbeeld 1: zee - zeeën
voorbeeld 2: ...
Woorden die op ie eindigen, kunnen in het meervoud eindigen op:
- ies voorbeeld 1: ruzie - ruzies voorbeeld 2: ...
- iën voorbeeld 1: bacterie - bacteriën voorbeeld 2: ...
- ieën voorbeeld 1: knie - knieën voorbeeld 2: ...
Als een woord in het meervoud een s krijgt, schrijf je die er meestal gewoon aan vast, maar als het voor de klank nodig is en bij afkortingen gebruik je 's
voorbeeld 1: café - cafés
voorbeeld 2: ...
voorbeeld 1: piano - piano's
voorbeeld 2: ...
voorbeeld 1: bh - bh's
voorbeeld 2: ...
Woorden op us krijgen in het meervoud vaak een i.
voorbeeld 1: musicus - musici
voorbeeld 2: ...
Selecteer de tekst in het blok Meervoud - verschillende manieren en kopieer deze in een Worddocument.
Zet bij iedere manier zelf minstens één ander voorbeeld.
Neem een ander voorbeeld dan de voorbeelden die je in de Kennisbank hebt gezien.
Klaar?
Vergelijk je voorbeelden met de voorbeelden van een klasgenoot.
Bespreek de verschillen.