Praktische opdracht

Praktische opdracht 2 Geluidstrillingen

Vraag aan je docent het practicumvoorschrift en vul dat in. Laat na afloop per tweetal het practicum aftekenen op de lijst

 

A. Inleiding

Geluid bestaat uit trillingen. Deze trillingen worden door een medium doorgegeven naar bijvoorbeeld je oren of een microfoon. Hoe hoger de frequentie is hoe meer trillingen per seconde je oor bereiken.

B. Doel

Jij gaat onderzoeken wat het verband is tussen de frequentie van een geluidtrilling en de lengte van een geluidsgolf.

C. Onderzoeksvraag

Wat is het verband tussen de frequentie en de lengte van een geluidsgolf.

E. Materiaal

Op tafel

Zelf pakken (klik op het plaatje)

 

-

 

F. Methode

  1. Laat de applet lopen en klik op het tabblad "Meten"
  2. Verander de frequentie en de ampitude.
  3. Stel de amplitude in op de hoogste stand zodat je goed verschil ziet tussen de donkere en lichte strepen.
  4. Stel de frequentie in op ongeveer 200 Hz. De precieze waarde van de frequentie is niet heel belangrijk.
  5. Er staan 2 blauwe lijnen in het scherm dit zijn hulplijnen die je kunt verslepen.
  6. Pauzeer het applet en sleep de lijnen en de liniaal zoals in het figuur is aangegeven.
  7. Schrijf de waarde die je meet in de tabel.
  8. Herhaal stap 4 t/m 7 voor 500 Hz, 750 Hz en 1000 Hz

G. Resultaten

frequentie (Hz) golflengte (m)
tabel 1 frequentie en golflengte
± 200  
± 500  
± 750  
± 1000  

 

H. Conclusie

Uit de resultaten blijkt dat als de frequentie hoger wordt de golflengte: .................