Zeevogels
De Noordzee is een ondiepe, voedselrijke zee. Honderdduizenden zeevogels zijn hier in de zomer of winter te gast. Sommige zijn zelfs dag en nacht, jaar in jaar uit, storm of geen storm, op zee. Daar eten, slapen en drinken ze. Alleen om te broeden en hun jongen ’zeeklaar’ te maken, komen ze aan wal. Dat zijn de echte zeevogels. Regen en wind of juist zon in overvloeden, geen plek om te schuilen. Overal om je heen zout water. Leven op zee is niet makkelijk. Maar zeevogels zijn zo goed aangepast aan dit zware leven dat ze het prima redden. Sterker nog, op het land zouden ze waarschijnlijk niet overleven.
Isolatie
Zeevogels beschermen hun lichaam tegen de kou met een extreem waterdicht verenpak en een dikke onderhuidse speklaag. Hun poten voelen geen kou.
Zout water drinken
Zeevogels drinken zeewater. Ze moeten wel want er is geen zoet water in de buurt. Voor de meeste andere vogels is dit, net als voor mensen, onmogelijk. Met het zeewater dat ze drinken en de vis en schelpdieren zie ze eten, krijgen zeevogels veel zout binnen. Om al dat zout ook weer kwijt te raken, hebben zeevogels een speciale zoutklier die achter de ogen ligt. Vanaf die klier lopen twee buisjes naar de neusgaten en vandaar verlaat het zout, opgelost in water, hun lichaam. Daarom hangt er vaak een druppel aan hun snavel en zie je ze af en toe met hun kop schudden om van die druppels af te komen. Eigenlijk plassen ze dus een beetje uit hun neus.
Broeden
Zo stoer al zeevogels zijn op zee, zo onhandig zijn ze op het land. Daarom broeden ze op steile kliffen, of verlaten zandplaten en eilandjes, die moeilijk te bereiken zijn voor mensen en landroofdieren, zoals vossen. De meeste zeevogels broeden in kolonies. Het voordeel daarvan is dat er veel ogen zijn om een vijand te bespeuren en dat ze elkaar met veel gekrijs kunnen waarschuwen.
Soorten meeuwen
|
Kokmeeuw |
Stormmeeuw |
Kleine
Mantelmeeuw
|
Zilvermeeuw |
Grootte
|
Kleiner dan
Zilvermeeuw
|
Kleiner dan
Zilvermeeuw
|
Gelijk aan zilvermeeuw, maar slanker
|
Groter dan kokmeeuw
|
Volwassen
|
Donkerbruine kop, parelgrijze rug, zwarte vleugelpunten
|
Witte kop, grijze rug, donkere ogen. Sierlijk
|
Elegant, wit met donkergrijze rug
|
Parelgrijze rug, fel oog met gele iris
|
Winterkleed
|
Witte kop, donkere vlek achter oog
|
Duidelijk gerstreepte kop,
|
-
|
Gestreept op achterkant kop
|
Jeugdkleed
|
Lichtbruine vlekken op kop en rug
|
Duidelijk gestreepte kop, grijze rug, bruine vleugels
|
Donkerbruin met zwarte rug
|
Gespikkeld bruin, snavel wordt met dejaren lichter en de rug grijzer
|
Eerste winter
|
Donkere banen op vleugel, zware band op staart
|
|
|
|
Snavel
|
Rood
|
Klein geel, zonder rode vlek
|
Geel met rode vlek
|
Krachtig gehaakt
|
Poten
|
Donkerrood, zwemvliezen
|
Geelgroen met zwemvliezen
|
Geel met zwemvliezen
|
Vleeskleurig met zwemvliezen
|
In vlucht
|
Voorkant bovenkant vleugel wit
|
Grijze rug, witte vlekken op zwarte vleugelpunten
|
Lange, smalle vleugels. Sierlijker dan zilvermeeuw
|
Brede vleugels, zwaar gebouwd
|
Geluid
|
Rauw kwarr
|
Miauwend kieahh
|
Rauwe lachende
kreten
|
Klagende en
lachende kreten
|
Lijkt op
|
-
|
Zilvermeeuw
|
Zilvermeeuw
|
Kleine mantelmeeuw
|