Hoe vind ik het meewerkend voorwerp (mw)?
Zoek het meewerkend voorwerp door aan wie/ voor wie te vragen. Aan/voor wie + gezegde + onderwerp (+ lijdend voorwerp (als je die gevonden hebt)).
Let op: niet in iedere zin zit een meewerkend voorwerp.
Vb: Zij geeft een knikker aan Tim.
PV: geeft
Ow: Zij
Gez: geeft
Lv: een knikker
Mw: Aan wie geeft zij een knikker? Tim
Wil je meer uitleg over het meewerkend voorwerp, bekijk dan onderstaand filmpje.
.