Om je heen zie je verschillende figuren. Er bestaan figuren die plat zijn, dat noem je vlakke figuren en figuren die 3D zijn, dat noem je ruimtelijke figuren. Deze figuren kom je vaak tegen in de wiskunde, maar wat kan je er nou allemaal mee? Je moet kennis hebben over vlakke en ruimtelijke figuren als je bijvoorbeeld een bouwplaat wil maken van een gebouw. Ook gebruik je dit bij het omschrijven van een aanzicht van een bepaald figuur.
Wat gaan we leren:
- Welke vlakke figuren er zijn en welke eigenschappen ze hebben.
- Welke ruimtelijke figuren er zijn en welke eigenschappen ze hebben.
- Wat grensvlakken en ribben zijn en hoe je deze kunt tellen bij een ruimtelijk figuur.
- Wat aanzichten zijn en hoe je deze moet maken.
- Wat uitslagen zijn en hoe je deze moet maken.
- Wat schaallijnen zijn en hoe je met schaal kunt rekenen.
https://www.youtube.com/watch?v=NKeb3iLaoL0