Onnatuurlijk gedrag

De meeste van jullie zullen wel verklaringen gevonden hebben voor het ijsberen van de tijger: verveelt zich; heeft stress; is aan het bewegen, maar zijn hok is te klein e.d.

Apatisch gedrag

Als ethologen het over onnatuurlijk gedrag hebben, kunnen ze die in verschillende categorieën plaatsen.

1. Stereotiep gedrag: dit is gedrag dat geen duidelijk doel of duidelijke functie heeft en continu herhaald wordt. Voorbeelden zijn kribbebijten bij paarden of steeds dezelfde rondjes lopen bij dieren in de dierentuin. Stereotiep gedrag is een manier om met stress om te gaan. Het heeft tot op zekere hoogte een kalmerend effect op het dier tijdens het uitvoeren van het gedrag. Op langere termijn heeft het gedrag echter vaak negatieve effecten.

2. Beschadigend gedrag: Hierbij brengt het dier zichzelf schade toe. Het is gedrag dat voorkomt uit natuurlijk gedrag dat niet op een normale manier uitgevoerd kan worden. Denk hierbij aan verenpikken bij legkippen.

3. Apathisch gedrag: Een dier met apathisch gedrag toont geen belangstelling meer voor zijn omgeving en heeft een gebrek aan motivatie en emotie. Het komt voor uit te veel chronische stress en als het dier zich niet meer kan aanpassen aan de veranderingen in zijn omgeving.

Maternaal gedrag van jachtluipaard

Natuurlijk gedrag

Wanneer een dier zich niet natuurlijk kan gedragen dan krijgt een dier stress. Stress kan zich uitten in één van de bovenstaande gedragingen. Maar wanneer gedraagt een dier zich nu natuurlijk?

Het gedrag van het dier heeft een functie: Namelijk overleven in zijn (natuurlijke) omgeving. En om te kunnen overleven moet het dier kunnen:

  1. Eten, eten zoeken (foerageer gedrag)
  2. Voorplanten
  3. Kinderen verzorgen (maternaal gedrag)
  4. Rusten
  5. Een territorium hebben
  6. Sociaal gedrag

En deze gedragingen zijn aangepast aan de (natuurlijke) omgeving van het dier. Wanneer een dier in een omgeving wordt geplaats waarin zij één van deze gedragingen niet kan uitvoeren, kan een dier last krijgen van stress.