Stijlfiguren en beeldspraak in poëzie

Wat leer je?

- gebruik van stijlfiguren en beeldspraak in gedichten

 

Lees het volgende gedicht

Liefde in de zomer

‘Hm, ik ruik de zomer.’ zei je,
terwijl je me in de ogen keek

Mijn groene jurkje wapperde
met hetzelfde ritme als jouw haren

‘Ik ook.’ zei ik zachtjes,
maar het enige wat ik rook was liefde

Het gras waaide met mijn groene jurkje mee
en omhelsde langzaam mijn blote tenen

Precies zoals jij me omhelsde
Met je zachte armen

We roken liefde in de zomer.

Denies Harmsen, Doe Maar Dicht Maar 2013

Opdracht

 

Schrijf de stijlfiguren en beeldspraak uit het gedicht op en zet erachter of het om beeldspraak gaat of om welk stijlfiguur het gaat.

 

Ook songteksten vallen vaak onder poézie. Sommige songteksten staan echt vol met beeldspraak en stijlfiguren!

Opdracht

 

Kijk en luister goed naar het filmpje. Let goed op de songtekst.

Schrijf op welke stijlfiguren of beeldspraak Blof hier gebruikt. Probeer er ook bij te zetten om welke stijlfiguren het gaat.

https://www.youtube.com/watch?v=1Wa9GLu3JOY