Hieronder zie 8 getallen. Omcirkel, op je werkblad, de negatieve getallen.
5 -3 7,5 19 -4,5 0 -32 100
Neem over en vul ‘links’ of ‘rechts’ in: Op een getallenlijn liggen de positieve getallen …………… van de 0. Op een getallenlijn liggen de negatieve getallen …………… van de 0.
Neem over en vul < of > in.
4 …… 7
3 …… -2
-6 …… 4
-2 …… 7
-3 …… -2
-4 …… -7
2
Temperaturen
In de tabel zie je de ochtendtemperaturen in 4 Europese steden.
In welke steden vriest het?
In welke stad is de temperatuur het laagst?
Hoeveel °C verschilt de temperatuur tussen Amsterdam en Parijs?
’s Middags is het in Oslo 4°C warmer.
Wat is de middagtemperatuur in Oslo?
3
Saldo
Mevrouw Van der Heyden heeft nog € 45,- op haar rekening staan.
Ze koopt een tas van € 80,-.
Bereken het nieuwe saldo op de rekening van mevrouw Van der Heyden.
Wat wordt bedoeld met rood staan?
4
Vergelijken
Neem over en vul < of > in.
9 …… 6
-5 …… 2
-4 …… 2
-6 …… 3
-6 …… -9
-5 …… -3
De ochtendtemperatuur in Stockholm was -6°C. ’s Middags was het 4 °C warmer. Bereken de middagtemperatuur.