Lesweek 1: Thema 14
Theorie: In les 1 wordt besproken wat het vak kwaliteitszorg inhoudt en hoe de komende weken er uit zien.
Opdrachten:
Opdracht 1: Lees de casus over Johan (hieronder) en vorm je eigen mening en onderbouw deze. Bespreek dit in groepjes
Opdracht 2: Bestudeer hoofdstuk 14 paragraaf 1 tot en met 4 en maak een mindmap hierover. Hier een filmpje over het maken van een digitale mindmap https://www.youtube.com/watch?v=8LB_j7kKN8Y
Zie ook powerpiont les 1
Casus:
B E R O E P S B E O E F E N A A R
Johan werkt als WMO-consulent in een wijkteam in Eindhoven. Hij voert de zogenoemde keukentafelgesprekken met cliënten, om te beoordelen of ze wel of niet aanmerking komen voor hulp. En zo ja, wat voor hulp dit kan zijn en in welke mate.
C A S U S
Johan gaat voor een herindicatiegesprek op bezoek bij de heer Stevens. Deze man van 83 doet een beroep op de WMO voor huishoudelijke hulp. Hij is nog goed bij de pinken, maar slecht ter been en kan het huishouden niet meer aan. De heer Stevens heeft de laatste tijd verschillende keren geklaagd over zijn huishoudelijke hulp die van Surinaamse komaf is. Deze vrouw doet al jaren goed haar werk en er waren nooit klachten.
Tijdens het gesprek staat de heer Stevens erop dat zijn nieuwe hulp van Nederlandse komaf is. Johan legt uit dat dit niet zomaar kan. Alle huishoudelijke hulpen zijn goed gekwalificeerd en hij kan geen onderscheid maken op afkomst. Dan haalt de heer Stevens een document tevoorschijn waarin de uitgangspunten van het WMO-beleid van de gemeente staan vermeld. Hierin staat dat klanten kunnen vragen om een andere professional als er geen ‘klik’ is. De heer Stevens beroept zich op dit ‘recht’ en zegt dat het onmogelijk is dat hij een klik heeft met een huishoudelijke hulp met een niet-Nederlandse nationaliteit.
D I L E M M A
Het klopt wat de heer Stevens zegt: klanten kunnen een andere professional krijgen als het niet klikt. Dit staat inderdaad in de verordening van het WMO-beleid. Maar in artikel 1 van de grondwet staat dat je niemand mag buitensluiten op basis van ras en dergelijke. Wat de heer Stevens wil, is in strijd met de wet. Bovendien verafschuwt Johan zijn mening en wil hij hier niet aan meewerken.
Aan de andere kant is de heer Stevens een volhardende man, die niet schuwt om anderen te kwetsen om zijn zin te krijgen. Het zal niet de eerste keer zijn dat Johan een huilende collega aan de lijn krijgt, omdat de heer Stevens weer eens buiten zijn boekje is gegaan.