De mensen in Nederland waren het er over eens dat zo’n grote natuurramp als de Watersnoodramp nooit meer mag gebeuren. Er worden daarom maatregelen genomen tegen het water. Dit betekent dus dat er wordt besloten dat er oplossingen moesten komen voor het water.
Het Deltaplan
Allereerst werd er een plan gemaakt voor de hoeveelheid water in Zeeland: het Deltaplan. Dit plan was eigenlijk voor de tweede wereldoorlog al gemaakt. Toen lag de nadruk op het verhogen en verstevigen van alle dijken. Na de watersnoodramp in 1953 lag de nadruk op het afsluiten van alle zeearmen, behalve de Westerschelde. Met dit plan ging Nederland de Deltawerken bouwen. Hiervoor plaatste de Nederlanders in alle zeearmen dammen en stormvloedkeringen. Een dam is een grote muur of verhoging die het water van een rivier of van een zee tegenhoudt. Een stormvloedkering is een beweegbare bescherming die een zeearm of een rivier tegen storm beschermt.
De Oosterschelde kering
De Oosterschelde kering is het grootste onderdeel van de Deltawerken. De Oosterschelde kering kan de Oosterschelde afsluiten bij storm en bij hoog water. Als dit gebeurt, zakt er een grote wal in het water. Hierdoor kan er geen water in of uit de rivieren stromen en is Nederland beschermt.
Opening Deltawerken: de Oosterscheldekering
Dijken
In Nederland zijn er veel dijken te vinden. Een dijk is een hoge verhoging langs een rivier of langs de zee die het land droog houdt. Misschien heb je zelf een keer een dijk gezien, bijvoorbeeld in Scheveningen of in Lopik. Na de ramp waren de dijken niet sterk genoeg om Nederland te beschermen. Hiero werden de dijken verhoogd, verbreed en natuurlijk hersteld op de plekken waar deze kapot zijn gegaan.