Functie van de cellen met verschillende bouw

Een cel heeft een bepaalde vorm nodig om een functie goed uit te kunnen voeren. De vorm en functie van cellen horen bij elkaar. De vorm van een cel zegt iets over de functie van die cel. Een zenuwcel is lang en vertakt.
Sommige zenuwcellen kunnen meer dan een meter lang worden.
Bij een blauwe vinvis wel 30 meter! De uitlopers zijn dunner dan een haar.
Zenuwcellen transporteren elektrische signalen tussen cellen, bijvoorbeeld van de hersenen naar de spieren. Eén zenuwcel kan met duizenden andere cellen in contact staan.

Spiercellen zijn aan elkaar geplakt tot een spier. Een spiercel heeft eiwitten die zich kunnen samentrekken, waardoor beweging mogelijk is.
Afweercellen doden ziektekiemen.Hun membranen zitten vol met eiwitten die lichaamsvreemde stoffen kunnen herkennen. Darmcellen nemen voedingsstoffen op. Daarvoor hebben ze een groot, geplooid oppervlak.

Een speekselkliercel bijvoorbeeld moet veel enzymen kunnen maken en heeft daarom ook een groot endoplasmatisch reticulum.