Stap 2: De schrijfopdracht.

 

In deze opdracht ga jij jouw huis en slaapkamer beschrijven.

Maak gebruik van de hulpzinnen in het menu en de grammatica uit je lesboeken en schrijf alles in het Engels op. Gebruik minimaal 100 woorden en maximaal 150 woorden.

 

Zorg dat in ieder geval de volgende punten beschreven worden:

A) In wat voor een soort huis je woont.

B) Of jouw slaapkamer netjes of slordig is.

C) Met wie jij in jouw huis woont (ouders, broer, zus, huisdier etc.)

D) Of jij een eigen slaapkamer hebt of dat je deze met iemand moet delen.

E) Wat jij van de tuin van jouw buren vindt.

 

Denk ook aan hoofdletters, komma's en punten!