Benodigdheden
Bij deze opdracht heb je nodig:
Oriëntatie
Machines maken ons werk makkelijker en aangenamer.
Dankzij de grasmaaier bijvoorbeeld hoef je het gras niet met de hand te knippen.
Een bulldozer en een tractor zijn ook machines. Met een bulldozer kun je heel snel veel zand verplaatsen. En met een tractor kun je allerlei landbouwwerktuigen laten werken.
Thuis en op school gebruik je ook allerlei machines. We gaan nu bekijken welke machines we gebruiken en hoe deze aangedreven worden.
Machines maken het ons gemakkelijk.
Bij de oriëntatie hebben we al wat voorbeelden genoemd.
Maar je kunt ook denken aan een mixer
of aan een boormachine. Een opdracht
hierover vind je bij de vragen.
Machines aandrijven
Machines aandrijven kan op verschillende manieren.
Aandrijving door spierkracht
Om machines in beweging te zetten, is energie nodig. Die energie kan uit verschillende bronnen komen. De spierkracht van mens of dier, bijvoorbeeld. In de figuur zie je hiervan een voorbeeld. Een fiets is ook een machine die werkt op spierkracht.
Spierkracht is lekker goedkoop. Maar machines die werken op spierkracht hebben een groot nadeel. Zonder spierkracht werken ze niet meer. Denk maar aan je fiets. Als je moe bent, fiets je niet ver meer.
Ook de machine (waterpomp) rechts wordt door spierkracht aangedreven.
Aandrijving door waterkracht of windkracht
Een machine kan ook worden aangedreven door waterkracht. Kijk maar naar figuur . De watermolen is een machine die wordt aangedreven door de kracht van stromend water.
Een andere aandrijvingsmethode is windkracht. Denk maar aan een windmolen.
Aandrijving door water of wind is lekker goedkoop. Maar ook deze machines hebben een nadeel. Als het niet waait of het water niet stroomt, staan ze stil.
Aandrijving door de energie van de zon
Sommige machines worden aangedreven door zonne-energie.
De energie van de zon is ook goedkoop. Maar ’s nachts werkt de machine meestal niet.
De Nuna 4 (een auto op zonne-energie) heeft de World Solar Challenge in Australië gewonnen. Dit is de vierde overwinning al van het TU team uit Delft.
Aandrijving door motoren
Een motor kan ook energie leveren om een machine aan te drijven. Voorbeelden van motoren zijn: • een stoommachine;
• een verbrandingsmotor;
• een elektromotor.
Aandrijving door motoren heeft een groot voordeel. Motoren werken dag en nacht.
Maar motoren hebben ook een nadeel. Veel motoren werken door stoffen te verbranden. Daarbij ontstaan afvalstoffen die in het milieu terecht kunnen komen.
Elektromotoren
Veel machines worden aangedreven door een elektromotor. Bijvoorbeeld huishoudelijke apparaten zoals stofzuigers en mixers.
Een elektromotor werkt op elektriciteit. De elektriciteit levert de energie om de elektromotor aan te drijven. In figuur zie je de elektromotor van een mixer.
Bij een mixer levert elektriciteit de energie om de elektromotor aan te drijven. De elektromotor brengt de beweging over op andere onderdelen in de mixer. De beweging van de elektromotor levert de energie om de kloppers van de mixer te laten draaien.
Stroom
Een elektromotor werkt op stroom. Aan veel machines met een elektromotor zit een elektriciteitssnoer. Aan dit snoer zit een stekker en die stekker moet in een stopcontact. Zo krijgt de machine de elektriciteit.
Een machine met een elektromotor is handig als er elektriciteit aanwezig is. Bijvoorbeeld in huis of in een werkplaats. Maar soms is er geen elektriciteit. Bijvoorbeeld buiten in een weiland of op een akker. Op zo’n plek heb je niks aan een machine die werkt op elektriciteit.
Batterijen
Soms krijgt een machine elektriciteit uit een batterij. Dat is handig, want dan werkt de machine ook zonder stopcontact. Maar meestal werkt de machine niet lang, want een batterij raakt op. Denk bijvoorbeeld maar eens aan een accuboormachine.
Verbrandingsmotoren
Veel machines worden aangedreven door een verbrandingsmotor. Denk maar aan auto’s, tractoren, vliegtuigen, boten enzovoort.
Een verbrandingsmotor verbrandt een brandstof. Benzine, diesel of stookolie zijn voorbeelden van een brandstof. De verbranding van de brandstof levert de energie om onderdelen in een machine in beweging te zetten. De beweging van dat draaiende onderdeel wordt vervolgens overgebracht op de andere onderdelen in de machine.
Zo zorgt de energie uit de verbrandingsmotor er bijvoorbeeld voor dat de wielen van een tractor gaan bewegen. Hoe een verbrandingsmotor werkt bekijken we straks.