Module 2 : praktijkopdracht.
Draad strippen en oogjes draaien.
Inhoud.
1. Instructie draad strippen en oogje draaien.
2. Uitvoering op model.
3. Zelfbeoordeling.
4. Competenties en beoordeling.
5. Beoordeling mede leerling en docent.
Praktijkopdracht 1 draad strippen en oogje draaien.
Doel
Na deze instructie kun je:
– Een draad strippen.
- De draad van een oogje voorzien.
Uitvoering
In deze instructie kun je zien hoe je een draad kunt strippen en er een oogje aan buigt.
Lees deze eerst goed door en kijk op de plaatjes wat er gebeurt.
Daarna vraag je aan de docent het benodigde materiaal en ga je volgens de instructies aan de slag.
Instructie draad strippen
De striptang met stelschroef.
Stel de stelschroef zo af dat de opening tussen de bekken even groot is als de diameter van de koperen kern.
Zet de stelschroef vast met de borgring!
Houd de kabel en de tang zo vast.
Knijp de tang op de kabel zodat je iets meer dan 2 cm van de isolatie stript.
Trek aan de tang en maak de isolatie los
Let op
- de stelschroef dient juist ingesteld en vastgezet zijn.
- de koperkern mag niet beschadigd worden.
- de kabel over een lengte van 20 à 25 mm gestript is.
Instructie buigen van ogen
Nadat je de draad op de juiste lengte gestript hebt, begin je met de rondbektang.
De rond bektang met korte bek
Neem het uiteinde van de draad tussen de bekken van de tang.
Draai de draad nu om de tang door de draad tegen te houden met de duim terwijl je de tang draait.
Neem de draad net na het gebogen oogje tussen de punten van de tang en leg de draad op je wijsvinger.
Draai de tang terwijl je de draad met je vinger tegenhoudt
Neem oogje weer tussen de bekken.
Sluit het oogje nu helemaal.
Een goed gebogen oogje.
Let op
- de draadkern mag niet beschadigen.
- het draadoog rechtsom buigen.
- de draad wijst naar het midden van het oog.
- het draadoog helemaal sluiten.
Praktisch deel
Doel
Na deze opdracht kun je:
–Een draad strippen.
- De draad van een oogje voorzien.
- Draden op de juiste lengte afkorten.
Benodigdheden
Bij deze opdracht heb je nodig:
– een houten plank zoals hiernaast;
- 4 aansluitstrippen;
- 4 verschillende kleuren draden;
– een striptang;
– een rondbektang;
- een zijkniptang;
- een maatlat of duimstok;
- een schroevendraaier;
– een veger;
– stoffer en blik;
Uitvoering
Zelfbeoordeling.
Bij elektrische verbindingen is het belangrijk dat deze goed vastzitten. Zitten ze los, dan kunnen er vonkjes komen en kan er brand ontstaan. Bovendien krijg je zo extra weerstand waardoor het verbruik toeneemt.
In deze opdracht heb je kennisgemaakt met op de juiste manier draad strippen, oogjes buigen en aansluiten.
Natuurlijk zijn er meer mogelijkheden om kabels met elkaar te verbinden.
Denk maar eens aan kroonsteentjes waar veel lampen mee aangesloten zijn.
Om terug te kijken op de opdracht en het belang van een goede verbinding, ga je nu je werkstuk zelf beoordelen en een aantal vragen maken.
Checkpunt |
Ja |
Nee |
Toelichting |
stelschroef juist ingesteld |
|
|
|
stelschroef vastgedraaid |
|
|
|
koperkern niet beschadigd |
|
|
|
striplengte juist |
|
|
|
draadoog helemaal gesloten |
|
|
|
draadoog rechtsom gebogen |
|
|
|
draad wijst naar midden van oogje |
|
|
|
alle schroeven vastgezet |
|
|
|
COMPETENTIES en BEOORDELING
Leerling zelf
Hoe voert de lln. de beroepshandeling uit? |
Beginner |
Geoefend |
Gevorderd |
Expert |
Ik weet wat er gedaan moet worden |
|
|
|
|
Ik ben geoefend |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoe zorg ik voor kwaliteit? |
Beginner |
Geoefend |
Gevorderd |
Expert |
Ik kan van tevoren kwaliteitseisen vaststellen |
|
|
|
|
Ik kan tussendoor controleren en bijstellen totdat het goed is |
|
|
|
|
Ik kan nauwkeurig werken |
|
|
|
|
Ik kan terugkijken op mijn eigen werk |
|
|
|
|
Medeleerling Naam:___________________________
Hoe voert de lln de beroepshandeling uit? |
Beginner |
Geoefend |
Gevorderd |
Expert |
De leerling weet wat er gedaan moet worden |
|
|
|
|
De leerling is geoefend |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoe zorgt de leerling (ll) voor kwaliteit? |
Beginner |
Geoefend |
Gevorderd |
Expert |
De leerling kan van tevoren kwaliteitseisen vaststellen |
|
|
|
|
De leerling kan tussendoor controleren en bijstellen totdat het goed is |
|
|
|
|
De leerling kan nauwkeurig werken |
|
|
|
|
De leerling kan terugkijken op mijn eigen werk |
|
|
|
|
Terugblik door docent.
Beantwoord deze vraag, nadat de praktijkopdracht is beoordeeld.
Wat zijn volgens de medeleerling of docent aandachtpunten voor een volgende keer?
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .