De ooglens
Bestudeer als dat nodig is pagina 3 t/m 6 van het onderdeel het oog nog eens en maak vervolgens de tekst compleet door de ontbrekende woorden in te vullen.
KB: Werking van het oog
De ooglens
Lichtstralen gaan door de pupil en de lens heen. Achterin je oog valt het licht op het .. 1 .. . Het licht wordt zo gebroken, dat er op het netvlies een scherp beeld ontstaat, maar wel op zijn kop! Je .. 2 .. draaien dit beeld weer om. Soms werkt de lens niet 100%. Je bent dan .. 3 .. of verziend en je hebt een bril nodig.
Bij bijziend breekt de lens de lichtstraal te sterk. Het .. 4 .. komt voor het netvlies. Iemand die bijziend is, heeft een bril met .. 5 .. glazen nodig.
Bij .. 6 .. is het net andersom. De lens breekt de lichtstraal niet sterk genoeg.
Het brandpunt komt achter het netvlies te liggen. Iemand die verziend is, heeft een bril met .. 7 .. glazen nodig.
1 = ..... 2 = ..... 3 = ..... 4 = ..... 5 = ..... 6 = ..... en 7 = .....