Keizer Constantijn

De eerste 300 jaar hadden de christenen het niet gemakkelijk gehad in het Romeinse Rijk. Christenen konden niet in het openbaar hun geloof uitoefenen. Zij die dat toch probeerden werden gevangen gezet of nog erger voor de leeuwen geworpen.

Dat veranderde in 313. De Romeinse keizer Constantijn maakte in dat jaar een einde aan de christenvervolgingen. Constantijn had in diverse oorlogen belangrijke overwinningen geboekt. Hij was er van overtuigd dat dit kwam door de steun van de god van de christenen.

In de stad van waaruit hij het rijk bestuurde, Constantinopel, liet hij vele christelijke kerken bouwen.