die/dat/dit/deze

Zelfstandig naamwoorden kunnen in het Nederlands mannelijk (m), vrouwelijk (v) of onzijdig (o) zijn. Of een woord mannelijk of vrouwelijk is, heeft meestal niets met de betekenis te maken. 

Voor mannelijke en vrouwelijke woorden gebruik je 'de', 'die' en 'deze'

de kip / die kip / deze kip

Voor onzijdige woorden gebruik je 'het', 'dit' en 'dat'

het kuiken / dat kuiken / dit kuiken