De namen van de metalen en de niet-metalen heb je al eens geleerd.
Herhaling nodig? klik hier
Meestal is het symbool van een element de formule van de stof.
Er zijn 7 uitzonderingen. Deze 7 niet-metalen vormen moleculen van 2 atomen. Je vindt ze in het overzicht beneden aan deze pagina.
Maar hoe geef je een verbinding een naam?
De systematische naam van een verbinding is een combinatie van de namen van de atoomsoorten die in de verbinding voorkomen. Hierbij krijgt de tweede atoomsoort altijd de uitgang –ide. Hieronder zie je een aantal atoomsoorten die vaak als tweede atoomsoort voorkomen. Deze moet je onthouden.
tweede atoomsoort |
naam van de verbinding eindigt op |
O |
oxide |
S |
sulfide |
F |
fluoride |
Cl |
chloride |
Br |
bromide |
I |
jodide |
Voorbeeld: Als koper met zuurstof reageert ontstaat koperoxide.
Let op!!
Als in een verbinding atomen van metalen en niet-metalen voorkomen dan schrijf je het metaal altijd voorop.
De namen van de zouten geef je zoals hierboven toegelicht.
De namen van de moleculaire stoffen gebruik je dezelfde basis als bij de zouten. In de naam van een moleculaire stof worden die indices verwerkt met behulp van de Griekse telwoorden. Kijk in het overzicht voor uitleg en voorbeelden.
Voor het hele overzicht van de naamgeving: klik hier