De meeste zelfstandig naamwoorden hebben een enkelvoud en een meervoud.
Er zijn verschillende manieren om het meervoud te maken.
1. Plaats een '-s' achter het woord.
2. Eindigt het woord op een sis-klank (-s, -ss, -z, -zz, -x) dan voeg je '-es' toe.
3. Eindigt een woord op een medeklinker + 'y', dan wordt dit in het meervoud 'ies'.
4. Sommige woorden die eindigen op 'f' of 'fe' krijgen in het meervoud 'ves'.
5. Sommige woorden die eindigen of 'o' krijgen in het meervoud 'oes'.
6. Sommige woorden veranderen in het meervoud niet.
7. Sommige woorden hebben een onregelmatig meervoud.