Boek 1

Boek: Nachtverhaal

Schrijver: Paul Biegel

Niveau: 2

Perspectief: Derde persoon

Tijd/chronologie: tegenwoordige tijd met flashbacks

 

Samenvatting

Er leeft een kabouter in een poppenhuis op de zolder van een oude vrouw. De kabouter woont daar al heel lang en elke zaterdagavond speelt hij poker met Rat en Pad, een pad en een rat die in de kelder wonen. Op een heel stormachtige nacht klopte er een fee met een gebroken vleugel aan de deur, zij vertelde verhalen over de avonturen die zij had meegemaakt. De kabouter verstopte haar voor zijn vrienden en de wespenkoningin die elke winter haar winterslaap nam in het poppenhuis. Uiteindelijk was de oude vrouw overleden en werd de oude villa leeggehaald door de vorige bewoners, die hen had gewaarschuwd om op tijd weg te gaan. Samen met Rat, Pad, de fee en de wespenkoningin in het poppenwiegje verdween de kabouter door het kelderraam van de villa.

 

-Het thema van dit boek is fantasie en werkelijkheid.

-Een van de motieven is avontuur, omdat het avontuur wat de fee heeft beleefd heel belangrijk is in dit boek. De kabouter is heel nieuwsgierig hiernaar, net als Rat en Pad. Haar avonturen heeft ze per dag verteld. En dit alles heeft ze beleefd door haar verlangen naar trouwen, nakomelingen en de dood.

-Het andere motief is geluk of het verlangen naar geluk, omdat de fee haar zoektocht begon omdat ze gelukkig wilde zijn. Zij dacht dat ze alleen gelukkig kon zijn als ze zou weten wat trouwen was en de dood  zelf zou hebben meegemaakt. Doordat de fee hiernaar verlangde, maakte zij allerlei dingen mee, leuke en niet leuke dingen. Uiteindelijk mag ze bij de kabouter in zijn poppenhuis blijven. Ze heeft de dood gezien en wil er niet meer heen, ze is gelukkig met hoe zij is.

-Het verhaal is vanuit het perspectief van de alwetende verteller. De auteur, Paul Biegel heeft een verhaal in een verhaal verteld, wat het boek nog langer en spannender maakt.

-Het einde van het boek is dat de oude vrouw, voor wie de kabouter zorgde dat alles uit stond als zij naar bed was gegaan, overleed en dat de vorige bewoners het huis gingen leeghalen. Een man, ooit een jongen, waarschuwde de kabouter om weg te gaan omdat het niet meer veilig was. De kabouter en de fee droegen samen het poppenwiegje waarin de wespenkoningin sliep en Pad op Rat’s. Samen verlieten zij de oude villa door het kelderraam.

 

-De personages van dit boek zijn:

              -Kabouter: De huiskabouter heeft een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Hij is al jaren de huiskabouter en doet erg zijn best het goed te doen. Als hij zo van het pad raakt door het verhaal van de fee voelt hij zich dan ook erg schuldig. Hij probeert waar hij kan goede oplossingen te vinden voor de problemen die zich voordoen. En hoewel hij zijn vrienden Pad en Rat eigenlijk niet altijd even aardig vindt, zal hij wel voor ze opkomen als het erop aankomt. Kabouter is ook erg nieuwsgierig. Die eigenschap vind hij zelf niet erg goed van zichzelf, maar komt naar boven als hij telkens het verhaal verder wil horen. Daar schaamt hij zich dan ook wel een beetje voor.

              -Pad: Pad is een lompe pad. Hij is groot en dik en vindt zichzelf erg lelijk. Dat vind hij heel vervelend maar hij heeft het wel geaccepteerd. Hij wordt vaak gepest door Rat en dan maken ze ruzie. Pad is erg lui en doet niet veel. Zijn opmerkingen zijn vaak niet erg nuttig maar af en toe zit er een bij die Rat kan gebruiken.

              -Rat: Rat is erg nieuwsgierig en een beetje bijdehand. Hij luistert de kabouter thuis af om te ontdekken wie er bij hem woont en zet ook een vingerhoedje met honing voor de voordeur. Helaas is Rat niet zo erg slim en weet hij niet wat voor gevolgen het zou kunnen hebben als de grootmoeder ontdekt dat er ratten in haar huis zitten. Hoewel Rat en Pad veel ruzie maken, neemt Rat Pad elke keer op zijn rug naar boven. Zelfs als hij niet al te lang geleden te grazen is genomen door een zwarte kater.

              -Fee: De fee heeft een heel lief uiterlijk. Ze heeft eindelijk een plekje gevonden waar het rustig is en waar ze wel even wil blijven. De fee is heel aardig maar weet haar verhaal wel zo te vertellen dat kabouter haar telkens nog een dagje laat overnachten. Dit kan ze zo lang volhouden dat ook Rat en Pad haar accepteren en ze samen het huis verlaten als dat de tijd is.

-De vertelde tijd is een paar weken, denk ik. De verteltijd is 153 bladzijdes lang. Er zitten veel flashbacks in dit verhaal, bijvoorbeeld de verhalen die de fee vertelt.

-De ruimte waarin het verhaal zich afspeelt is in een oude villa die op dat moment bewoont wordt door een oude vrouw.

Bron: http://www.scholieren.com/boek/9920/nachtverhaal/zekerwetengoed

 

Paul Biegel maakte vaak gebruik van rijke woorden; vergelijkingen, metaforen en zelfbedachte woorden. Hierdoor wordt het verhaal meteen spannend en interessant. Hij maakte ook gebruik van raamvertelling, een stijl waarin hij een verhaal in een verhaal verteld. Paul heeft heel veel boeken geschreven. Zijn stijl werd gezien als dat voor kinderen bedoeld, hoewel hij zelf vond dat dat niet altijd zo was. Hij schreef vooral fantasieboeken, sprookjesachtige elementen.

Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Paul_Biegel#Schrijfstijl_en_thema.27s

 

Ik vond het verhaal interessant en mooi, omdat het fantasieachtig is, mooi taalgebruik. Bijvoorbeeld dat er een fee is en een groot kasteel. Ik weet niet hoe populair dit boek is, maar ik raad het wel aan om te lezen.

 

Ik heb dit boek gekozen, omdat ik het had gekregen toen ik 10 jaar oud was. Ik vind het nog steeds een heel mooi boek en wilde het dus daarom hierover doen. Als ik zo terugkijk op mijn keuze dan vind ik het inderdaad een verstandige keuze omdat ik vind dat andere het eigenlijk ook wel zouden moeten lezen. Ik heb mijn volgende boek al gekozen. Ik heb een lijst gemaakt en aan mensen, vooral mijn docent, gevraagd of zij een boek wisten. Oftewel ik volg het advies van anderen over deze boeken en wat ik ervan denk als ik de achterkant van het boek heb gelezen.

 

De inhoud van het verslag komt vanuit mijn brein en een paar sites, omdat het redelijk lang geleden is geweest toen ik dit boek heb gelezen. Ik heb deze samenvatting uit mijn hoofd gedaan omdat ik dat fijner vind dan iets overnemen, en aangezien ik nog wel wat dingen ervan wist, had ik een al geschreven samenvatting niet echt nodig. Ik heb wel het boek even gebruikt om het einde meer gedetailleerd te weten en een site voor de personages en de schrijfstijl. Ik heb deze informatie over de schrijver opgenomen omdat dat in de opdracht stond. Ik heb eigenlijk alleen voor de analyse en de informatie over de schrijver de site gebruikt.