Onderwerp
Zinnen bestaan uit zinsdelen. Het onderwerp (ow) is ook een zinsdeel. Het onderwerp van een zin geeft aan:
- wie of wat iets doet;
- wie of wat iets is.
Hoe vind je het onderwerp?
- Zoek de persoonsvorm (pv).
- Weet je de pv? Stel dan de vraag: Wie (Wat) + pv = het ow. Of:
- Verander de pv in de zin naar enkelvoud of meervoud. Het ow verandert dan mee.
Voorbeeld
- Op StudioNederlands vind je veel taaloefeningen.
- De jongen gaat naar school.
- Maak van enkelvoud meervoud: De jongens gaan naar school.
- De jongens: ow.