Samenvattend

Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.

Industriƫle Revolutie
Periode van 1770 - 1920 waarbij in Nederland in korte tijd een overgang plaatsvond van een agrarische naar een industriƫle samenleving.
Fabrieken
Bedrijven waar met machines grote hoeveelheden producten worden gemaakt.
Arbeiders
Mensen die in fabrieken of werkplaatsen betaalde handarbeid verrichten waarvoor weinig scholing nodig is.
Vakverbond / vakbond
Een belangenorganisatie van werknemers.
Emancipatie van arbeiders
Het streven van arbeiders om hun achtergestelde positie die ze in de negentiende eeuw hadden, om te zetten in een volwaardige positie.
Staking
Situatie waarbij werknemers uit onvrede met de werkgevers(bonden) het werk neerleggen om zo hun eisen kracht bij te zetten voor bijvoorbeeld meer loon, verbetering van hun werkomstandigheden, werktijden enz.