Beoordeling van deze Praktische opdracht

Hoe geef je een goede posterpresentatie?

Handleiding Posterpresentatie 

 

Op veel wetenschappelijke congressen zijn er behalve formele presentaties (plenair of in workshops) zogenoemde posterpresentaties, bijvoorbeeld van verricht onderzoek. De deelnemers aan zo’n presentatie hangen hun poster vooraf op en gaan er dan tijdens de sessie naast staan. Congresdeelnemers slenteren langs de posters en als de poster hun interesse vangt, dan blijven ze staan en stellen vragen:  “Vertel me eens, wat heb je onderzocht, waarover gaat je onderzoek?” Als posterhouder moet je dan in slechts enkele zinnen de belangstelling belonen (en vasthouden) met een aantrekkelijke , zeer bondige en heldere uitleg van jouw onderzoek, in hooguit 5 tot 10 minuten en aan de hand van je poster die als illustratie en ondersteuning dient. De opdracht is nu, in twee a drietallen, zo’n poster te maken n.a.v. je onderzoek. Het gaat om een visueel aantrekkelijke en duidelijke poster die uitnodigt tot het stellen van (nadere) vragen.

 

Voordelen van een poster:

 

- Een poster stelt lezers in de gelegenheid om op hun gemak het materiaal te beschouwen.

- Een poster is langere tijd te bezichtigen.

- Een poster geeft vaak meer gelegenheid tot discussie dan (vaak haastige) andere presentaties.

 

  1.  INHOUD en STRUCTUUR van poster

 

Een poster moet in ieder geval de volgende onderdelen in een heldere samenhang bevatten (alleen hoofdzaken):

a. Een titel.

b. De namen  van de auteurs.

c  Doel en onderzoeksvraag.

d.  Kernbegrippen, duidelijk gedefinieerd; theorie in essentiële formules.

e. Meetopstelling en meetmethode: welke variabelen worden gemeten.

f.  Meetresultaten in grafieken inclusief meetonzekerheden.

g. Samenvatting, conclusies en discussie (vergelijk met verwachting en literatuur).

h. Functionele (dwz ter zake doende) illustraties van de tekst dmv. grafieken, tekeningen, schema’s, foto’s

i. Houd rekening met de doelgroep: wat weet men al en welke kerninformatie heeft men echt nodig?

 

  1. LAY OUT en VISUELE INDRUK

 

Aandachtspunten bij de voorbereiding van het maken van een poster en bij de bespreking ervan:

a. De lay-out moet overzichtelijk, helder en logisch van indeling zijn en passen bij het  materiaal dat wordt gepresenteerd. Probeer verschillende lay-outs uit (in de vorm van ruwe schetsen op een A4) en vraag naar de mening van een medeleerling.

b. Breek de tekst op in duidelijk van elkaar afgescheiden delen of blokken in kolomvorm, elk voorzien van een subtitel; zorg daarbij voor een duidelijke leesrichting.

c. Zorg voor een evenwichtige verdeling tussen tekst,  illustraties en formules en goede vlakverdeling (hooguit 40% leestekst)

d. Zorg voor een duidelijk contrast tussen voor- en achtergrond  bij gebruik van kleuren

e. Titel en teksten  moeten leesbaar zijn vanaf twee meter afstand: titel met letterpuntgrootte 72, tussentitels 44, leestekst 24, bronnen en auteurs 18.

f. De lezer weet binnen een minuut waarover het onderwerp gaat en wat de boodschap is; en deze weet dat over een uur nog!

g. De poster moet de boodschap kernachtig overbrengen, verlies je dus niet in details; de grote lijn moet duidelijk zijn, de rest kan op vraag mondeling gegeven worden

h. Onthoud dat een poster bedoeld is om de aandacht te trekken, de interesse van bezoekers vast te houden en in het algemeen om effectief te communiceren.

Beoordeling Mondelinge presentatie