Persoonlijk voornaamwoord

Het persoonlijk voornaamwoord verwijst naar een persoon, een groep personen, voorwerpen of onzichtbare zaken.
Alle persoonlijke voornaamwoorden zie je in dit schema:

 

Enkelvoud Onderwerp Geen onderwerp
1e persoon ik mij/me
2e persoon jij/je,  u

jou/je, u

 

3e persoon

hij, zij/ze, het

hem, haar/ze, het
     
Meervoud Onderwerp Geen onderwerp
1e persoon wij/we ons
2e persoon jullie, u jullie, u
3e persoon zij/ze hen/hun/ze

 

Let op:
‘Hun’ is nooit onderwerp.
‘Hun gaan vanmiddag .....................’ is dus fout!