Meervoud (-en)

Wat is het?
De meeste zelfstandige naamwoorden hebben een enkelvoud (één persoon, dier, ding) en een meervoud (meerdere personen, dieren, dingen).

Bekijk hier het filmpje van Arnoud Kuijpers, waarin hij duidelijk uitleg geeft over vormen van het meervoud.

Voorkennis
Je kunt het meervoud goed pas herkennen en toepassen als je weet:
- wat het verschil tussen enkelvoud en meervoud is;
- wat een zelfstandig naamwoord is.

Hoe vind je het meervoud van het zelfstandig naamwoord?
Je maakt het meervoud van een zelfstandig naamwoord door (e)n, -s of 's achter het enkelvoud te zetten. Op deze pagina lees je wanneer je -en achter het enkelvoud schrijft en welke uitzonderingen daarbij horen.


-en achter het enkelvoud
De meeste zelfstandig naamwoorden schrijf je in het meervoud met -en erachter:

Als het enkelvoud een lange klinker (aa, ee, oo, uu) heeft, vervalt soms een van die klinkers:

Als het enkelvoud een korte klinker heeft, komt er soms een medeklinker bij:

Als de klemtoon van zelfstandig naamwoorden niet op de laatste lettergreep ligt, wordt de laatste letter niet verdubbeld.