Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.
Actief kiesrecht Het mogen kiezen, het recht om je stem uit te brengen, is het actief kiesrecht. |
Passief kiesrecht Het recht om je als volksvertegenwoordiger verkiesbaar te stellen, dat is het passief kiesrecht. |
Eerste Kamerverkiezingen De 75 vertegenwoordigers van de Eerste Kamer worden niet rechtstreeks door de bevolking gekozen. In dit geval kiest de bevolking om de vier jaar de leden van de Provinciale Staten. De Statenleden kiezen vervolgens de leden van de Eerste Kamer. Deze manier van kiezen heet "getrapte verkiezingen". |
Tweede Kamerverkiezingen |
Eilandsraadverkiezingen Verkiezingen waarbij de inwoners de eilandsraad kiezen voor Bonaire, St. Eustatius en Saba die alledrie een "bijzondere gemeente" van Nederland zijn. |
Gemeenteraadsverkiezingen |
Herindelingsverkiezingen Bij herindelingsverkiezingen stemmen inwoners van gemeenten die fuseren (samengaan) voor een nieuwe gemeenteraad. Herindelingsverkiezingen worden los van de gewone gemeenteraadsverkiezingen gehouden. |
Provinciale Statenverkiezingen De leden van de Provinciale Staten worden iedere vier jaar rechtstreeks door de stemgerechtigde inwoners van de provincie gekozen. |
Waterschapsverkiezingen De waterschappen beheren het water in Nederland. Elke vier jaar kunnen stemgerechtigde Nederlanders stemmen op leden van het waterschap. Deze verkiezingen worden gelijk met de Provinciale Statenverkiezingen gehouden. |
Europese verkiezingen De Europese Unie (EU), waar Nederland deel van uitmaakt, wordt bestuurd door Eurocommissarissen. Per land één. Het dagelijks bestuur van de EU wordt gecontroleerd door het Europees Parlement. Elk land krijgt een aantal zetels op basis van het aantal inwoners. Nederland heeft 29 van de 751 zetels. De Europese verkiezingen vinden op vaste data om de vijf jaar plaats. |