Aan het eind van het thema moet ik kunnen beschrijven hoe de staatsinrichting in ons land is vormgegeven.
Over de staatsinrichting worden tijdens het centraal examen (CE) vragen gesteld. Het onderwerp kan ook deel uitmaken van het schoolexamen (SE).
Opdracht |
Leervraag |
1848 |
Op welke manier is onze grondwet tot stand gekomen en hoe is deze in de loop van de tijd aangepast? |
Rol van de koning |
Wat is de rol van de koning en zijn invloed op de politiek? |
Verkiezingen |
Welke soorten verkiezingen zijn er en wanneer mag je hierop stemmen? |
Bevoegdheden parlement |
Welke bevoegdheden hebben de Eerste en Tweede Kamer om de controlerende en wetgevende macht uit te voeren? |
Liberalisme |
Wat is het liberalisme en hoe is dit verweven in de Nederlandse politiek? |
Abraham Kuyper |
Hoe is Nederland een grotendeels protestants land geworden en wat is de rol van het protestantisme in de politiek? |
Sociaal Democratie |
Wat is de sociaal democratie en de rol hiervan in de Nederlandse politiek? |
RKSP - Schaepman |
Wat is een confessionele partij en wat is de rol van het katholicisme in de politiek? |
Rechtspraak |
Wat zijn de kenmerken van een rechtsstaat en hoe verloopt een strafzaak? |
Grondrechten |
Wat zijn de grondrechten en wanneer zijn ze ontstaan? |
Populisme |
Wat is de invloed van populisme op de politiek? |
Veranderingen |
Op welke manier is de afstand tussen burgers en politiek te verkleinen? |