Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
- uitleggen waarom de overheid door in de jaren dertig werklozen financieel moest ondersteunen.
- omschrijven welke tegenprestatie de overheid eiste.
- een vergelijking maken tussen gewone arbeid en arbeid via werkverschaffingsprojecten.
- twee concrete werkverschaffingsprojecten uit de jaren dertig noemen.
- omschrijven wat re-integratie is en een voorbeeld van een hedendaags re-integratieproject noemen.
- een vergelijking maken tussen werkverschaffingsprojecten toen en re-integratieprojecten nu.
- een gloedvol betoog houden voor of tegen re-integratieprojecten.