De deelrepublieken Estland, Letland, Litouwen en Georgië verklaarden zich begin 1990 onafhankelijk. Gorbatsjov gaf aan dat die onafhankelijkheidsverklaringen onwettig waren. Hij was bezig met een nieuwe grondwet die op 20 augustus 1991 de deelrepublieken een gedeeltelijke zelfstandigheid zou geven.
Niet iedereen binnen de Communistische Partij was het eens met die gedeeltelijke zelfstandigheid. Een groep partijleden, het Comité voor de Noodtoestand, probeert met een staatsgreep op 19 augustus de hervormingen terug te draaien. Gorbatsjov zou ziek zijn en kreeg huisarrest. Vicepresident Janajev nam de macht over. Ze wilden ook Boris Jeltsin, de president van Rusland, de belangrijkste deelrepubliek van de Sovjet-Unie, arresteren, maar dat mislukte.
Jeltsin ging die avond naar het Russische parlement. Staande bovenop een tank verklaarde hij dat de staatsgreep onwettig was en hij riep het leger op de staatsgreep niet te steunen.
Een dag later probeerden de coupplegers met enkele militairen het parlement alsnog te bezetten, maar ook dat lukte niet. De burgers van Moskou steunden Jeltsin massaal. De coupplegers werden gearresteerd en de staatsgreep was voorbij.
Gorbatsjov werd in zijn functie hersteld maar trad op 24 augustus af als hoofd van de Communistische Partij. Een dag later, op 25 augustus, trad hij ook af als leider van de Sovjet-Unie. Hij werd niet opgevolgd en de Sovjet-Unie hield feitelijk op te bestaan. De ene na de andere deelrepubliek verklaarde zich onafhankelijk en maakte zich los uit de Sovjet-Unie.
In de video hieronder van SchoolTV zie je beelden van de mislukte staatsgreep. Kijk de video en maak daarna de vragen.