Westerse landen zagen de ontwikkelingen in de Sovjet-Unie vol angst en beven aan. Machthebbers waren bang dat het communisme zou overslaan met alle gevolgen voor eigendom, democratie en godsdienstvrijheid. Men wist inmiddels van de strafkampen, de politieke showprocessen en de terechtstellingen. Kritiek op de partij kwam je duur te staan.
In 1939 werd de reputatie van de Sovjet-Unie in Westerse landen nog slechter door het Molotov-Von Ribbentropverdrag. Het was een niet-aanvalsverdrag tussen Duitsland en de Sovjet-Unie. Zo wilde Duitsland voorkomen dat de Sovjet-Unie zich zou bemoeien met de inval in Polen. In het verdrag werd ook de verdeling van Polen geregeld. Polen werd opgedeeld tussen de Sovjet-Unie en Duitsland. Estland, Letland en Litouwen kwamen onder gezag van de Sovjet-Unie.
Vooral Frankrijk en Engeland namen de Sovjet-Unie dit verdrag met Duitsland kwalijk. Ze vonden dat je met Duitsland beter geen zaken kon doen vanwege de oorlogsdreiging van Hitler. Daarbij vertrouwden sommige westerse politici Stalin niet echt. Roosevelt vond dat je met Stalin zaken kon doen, maar volgens Churchill (premier van Engeland van 1940 tot 1945) was het “aanpappen met een krokodil; je weet niet of je hem onder de kin moet kietelen of op zijn kop moet slaan. Als hij zijn bek opendoet weet je niet of hij je wil opvreten of alleen maar glimlachen”.
Lees samen met een klasgenoot de volgende twee casussen. Bespreek ze samen. Zorg dat je goede argumenten hebt om jouw ideeën te onderbouwen.
Casus 1 | Je bent fabriekseigenaar en je hebt 100 arbeiders in dienst. Hoe zou je het vinden als in jouw land een communistisch systeem zou worden ingevoerd? |
Casus 2 | Je bent arbeider in de fabriek van de man uit stelling 1. Hoe zou jij tegen de komst van een communistisch systeem aankijken? |
Voor de regering van de Sovjet-Unie waren westerse landen plekken waar arbeiders worden onderdrukt. De macht ligt er in handen van de mensen die het geld, de grond of de fabrieken in bezit hebben. De communistische machthebbers moesten ook niet veel hebben van de parlementaire democratie. Westerse democratieën hadden ook te weinig aandacht voor het belang van de gemeenschap als geheel. In de Sovjet-Unie was het belang van het individu ondergeschikt aan het belang van de groep.
Daar kwam bij dat de Sovjet-Unie niet veel vertrouwen had in Frankrijk en Engeland. Die landen waren met Duitsland in overleg en de Sovjet-Unie werd daarbuiten gehouden. De Sovjetleiders waren bang dat Duitsland een vrijbrief van het Westen zou krijgen om de Sovjet-Unie aan te vallen. Gezien de pogingen van de westerse landen om een overeenkomst met Hitler te sluiten, was dat niet zo vreemd. Zelfs toen het overleg met Hitler op niets uitliep, aarzelde het Westen om met Stalin samen te werken tegen Hitler. Het was voor de Sovjet-Unie een reden om met Duitsland het Molotov-Von Ribbentropverdrag te sluiten.