![]() |
![]() zorgt voor grote rijkdom aan de Amsterdamse Grachtengordel
|
Waarom de VOC werd opgericht?
Tot het eind van de 16e eeuw was de specerijenhandel op Oost-Indië in handen van de Portugezen. Nederlandse schepen haalden hun handelswaar in Portugese havens.
Daaraan kwam een einde toen Portugal door de Spanjaarden werd ingelijfd. Spanje, ook in oorlog met de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, verbood de Nederlanders om Spaanse en Portugese havens aan te doen. Vanaf dat moment ontstonden er verschillende handelscompagnieën om de specerijen zelf te halen uit de Oost.
De onderlinge concurrentie was niet goed voor de winst en de kleine compagnieën waren niet opgewassen tegen de Spanjaarden. Eén grote compagnie moest het worden, bedacht de landsadvocaat Johan van Oldenbarnevelt. Zijn visie kreeg gestalte in 1602, met de oprichting van de VOC.
Op 20 maart van dat jaar verleende de Staten-Generaal de VOC het octrooi om als enig Nederlands bedrijf handel te drijven met Azië. Zes handelsmaatschappijen gingen samen op in de VOC en vanaf 1602 voeren ze voor hun specerijen op de Banda-eilanden, de specerijeneilanden die deel uitmaakten van de Zuid-Molukken. Met deze handel was veel geld te verdienen. Maar het was wel zaak vaste voet aan de Oost-Indische grond te krijgen.