![]() |
|
Na de Veldslag op het Merelveld introduceerden de Ottomanen de islam in de veroverde gebieden op de Balkan. En gaandeweg kreeg deze godsdienst steeds meer aanhangers.
Om te beginnen vestigden islamitische Turken zich in de Ottomaanse gebieden. Hun afstammelingen, ook islamitisch, wonen nu vooral in Bulgarije.
Ook beloonden de Ottomaanse bestuurders Balkanbewoners als ze zich bekeerden tot de islam en afstand deden van hun christelijke geloof. In Albanië en Bosnië bijvoorbeeld mochten edelen hun landgoederen houden als ze zich bekeerden. Deden ze dat niet dan moesten ze hun land afstaan aan de Ottomaanse sultan. Burgers hoefden minder belasting te betalen of kregen een stuk grond als ze zich bekeerden. Vooral Albanezen bekeerden zich in grote aantallen. Maar ook leden van andere Balkanvolken deden dat. Zo ontstond er een nieuw volk, de Bosniakken of Bosniërs.
Op deze manier kreeg het Ottomaanse Rijk meer macht en vaste grond onder de voet op de Balkan. Het probeert alsnog andere delen van Europa te veroveren. In de 17e eeuw heeft het Ottomaanse Rijk in Europa zijn grootste omvang bereikt en het toppunt van zijn macht.
Daarna gaat het achteruit. Rusland en Oostenrijk, en later de dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije, veroverden steeds meer gebieden op het Ottomaanse Rijk, ook op de Balkan: In 1699 veroverde Oostenrijk Kroatië, Slavonië en Transsylvanië. In 1718 veroverde Oostenrijk nog meer land op de Balkan. En in 1878 veroverde Oostenrijk-Hongarije Bosnië en Herzegovina. Ook kwamen Balkanbewoners herhaaldelijk in opstand tegen hun Ottomaanse bestuurders.
In de 19e eeuw stichtte een aantal Balkanvolken hun eigen staat. Zo ontstonden Servië, Bulgarije, Montenegro, Roemenië en Albanië. Soms kregen ze daarbij hulp van andere Europese landen. Rusland bijvoorbeeld hielp met de stichting van Servië en Bulgarije.
In 1912 en 1913 voerden de nieuwe landen samen oorlog tegen het Ottomaanse Rijk. Ze wisten de Ottomaanse bestuurders uit de Balkan te verdrijven.
Opdracht
Maak de kruiswoordpuzzel. Lever de puzzel in bij je docent.
Je docent controleert de antwoorden.