Eindproduct A: Debat

Als je kiest voor eindopdracht A, dan kies je voor een debat.
In het debat verdedig je een stelling over het geluksgevoel dat de televisie ons wel of niet geeft.

Voor welke stelling kies je?

Je vergelijkt onze tv- tijd met de jaren vijftig zonder beeldschermen en je geeft met argumenten aan welke tijd je voorkeur heeft. Als er tijd voor is, kun je de argumenten gebruiken in een echt klasse-debat tussen de ‘ouderwetsen’ en ‘modernen’.
In de argumentatie laat je zien dat je de leerdoelen hebt bereikt. Deze argumenten noteer je in een tekstdocument.
Lees voor je begint nog even de tips in de Gereedschapskist hieronder.

In overleg met jullie docent voeren jullie het debat uit. Zorg dat je bij de uitvoering van het debat de argumenten goed in je hoofd hebt en duidelijk en rustig spreekt. Jullie docent is de debatleider.

Beoordeling

De docent beoordeelt de argumenten voor het debat.
Bij de beoordeling let jullie docent op:

Klaar?
Laat de stelling en de argumenten aan je leerkracht zien.

Debat voeren

Bij een debat hebben twee of meer mensen een verschillende mening over een onderwerp. Deze standpunten worden helder in beeld gebracht door argumenten voor het eigen standpunt te geven, of door de argumenten van de ander met tegenargumenten te bestrijden.