De vier meest voorkomende bloedgroepen zijn: A, B, AB en 0. A en B zijn antigenen (uitsteeksels) op de rode bloedcellen.
Deze antigenen zijn vooral belangrijk bij een bloedtransfusie. Bij een bloedtransfusie krijgt een acceptor bloed van een donor.
Iemand met bloedgroep 0 heeft geen antigenen A of B.
In de afbeelding zie je de vier bloedgroepen en de bijbehorende
antistoffen die in het bloed voorkomen.